28 november 1975
101
Uitgegaan is van het salarisniveau zoals dat ingaande 1 januari 1975
geldt. Van dit niveau is ook in de begroting uitgegaan, zodat geen
stelpost geraamd hoeft te worden voor bijsteliing van de algemene uit-
kering
In dit verband wordt er op gewezen dat de raming voor de te ontvangen
algemene uitkering op volgnr. 11.2.011 aanzienlijk meer verhoogd is
dan de bij de algemene oomerking genoemde 23,7%.
De gemeente ontvangt n.i. een ui.tkering waarin een voorschot op te
verwachten salarismaatregelen verwerkt is. Deze hoge uitkering heeft
vanzelfsprekend geen budgettaire betekenis omdat deze hogere salaris-
bedragen nog niet in de begroting verwerkt kunnen worden.
De comptabi1iteitsvoorschriften eisen echter dat de werkelijke ont-
vangsten geraamd worden. De werkelij'ke ontvangsten komen overeen met
de uitkering naar het voor de voorschotverstrekking geldende percen-
tage.
Om te voorkomen dat dit hogere bedrag als dekkingsmiddel voor de ge-
wone dienst wordt aangewend wordt op hoofdstuk XIII par. 1 een stel-
post geraamd voor de compensatie van na 1 januari 1975 te nemen sa-
larismaatregelen. Deze stelpost komt overeen met het verschil tussen
de algemene uitkering naar voorschotbedragen en de budgettaire alge-
mene uitkering.
Voor de berekeningen verwijzen wij u naar de toelichting bij volgnum-
mer 11.2.011.
Uitkering lager onderwijs.
De uitkering voor het lager onderwijs bevat de volgende reële accres-
sen:
1. verhoging van het bedrag per leerling met f 10,--;
2. verhoging van de vergoeding voor exploitatiekosten met f 180,--
per lokaal
3. verbetering van de vergoedingsregeling voor sporthallen en andere
zalen die voor lichamelijke oefening bij het lager onderwijs in
gebruik zijn.
De toename van de onderwijs-üitkering met f 438.693,— wordt slechts
ten dele door deze verbeteringen verklaard. Tot een bedrag van
f 284.850,moet zij gezocht worden in andere oorzaken te weten:
2e afd.