9
dat de bezwaarschriften derhalve ongegrond moeten worden geacht;
dat het gewenst is de resultaten van het omtrent het ontwerp-plan ge-
voerde vooroverleg alsnog op te nemen in de toelichting op het plan;
gelet op-de artikelen 22 tot en met 25 van de Wet op de Ruimtel jke
Ordeningaismede op zijn besluit dd. 30 oktober 1975, nr. 113, waarbij
de beslissing omtrent de vaststelling van het onderhavige plan voor ten
hoogste drie maanden is verdaagd;
a. de tegen het ontwerp-bestemmingsplan voor een gedeelte der gronden
ten westen van de Herenweg door de Koninklijke Kwekerijen G.C. van
Meeuwen Zonen, de erven B.J.C. van der Nat en G. Mastenbroek in-
gediende bezwaarschriften ongegrond te verklaren;
b. vast te stellen het bestemmingsplan voor een gedeelte der gronden
ten westen van de Herenweg overeenkomstig de bij dit besluit be-
horende tekening nr. 4278 en de mede bijbehorende voorschriften en
toelichting, zulks met dien verstande dat in de toelichting worden
opgenomen de resultaten van het vooroverleg als vermeld în het voor'
stel van burgemeester en wethouders.
BESLUIT
HEEMSTEDE, 29 januari 1976.
De Raad voornoemd,
De sécretaris
De voorzitter,
4e afd.
29 januari 1976