4e afd. 26 februari 1976 30
2. De directeur van het gemeentelijk technisch bedrijf of een door hem
aan te wijzen ambtenaar is bevoegd de verqaderingen van de commis-
sie bij te wonen.
3. De commissie kan zich ter vergadering door andere personen, op
uitnodiging van de voorzitter, doen voorlichten of bijstaan.
4. Op hun verzoek worden een of meer leden van de raadscommissie voor
Openbare Werken, van de raadscommissie voor de Volkshuisvesting,
de Ruimtelijke Ordening en de Recreatie of van de raadscommissie
voor de Beroepschriften in de gelegenheid gesteld de vergadering
van de commissie bij te wonen.
Artikel 8. Advies
1. Ter vaststel1ing van een advies dienen tenminste twee van de m
artikel 3, eerste lid, onder a. genoemde leden aanwezig te zijn;
is dat aantal niet aanwezig dan wordt de vaststelling van een ad-
vies aangehouden tot de eerstvolgende vergaderinq.
2. De vaststelling van een advies wordt eveneens aanqehouden tot de
volgende vergadering indien bij aanwezigheid van twee der in het
eerste lid van dit artikel bedoelde leden de stemmen staken.
3. De adviezen worden vastgesteld bij meerderheid van stemmen van de
in artikel 3, eerste lid, onder a. genoemde leden; een niet een-
stemmig vastgesteld advies wordt vergezeld van het standpunt van
de minderheid.
4. De in het eerste lid van artikel 3 onder b. en c. genoemde leden
hebben een adviserende stem; wijkt de mening van het in artikel 3
onder b. genoemde lid af van het advies, dan wordt die afwijkende
mening bij het advies vermeld.
5. Indien de commissie het voornemen heeft ten aanzien van een voor-
gelegd plan of ontwerp in afwijkende zin of afwijzend te adviseren
stelt zij, indien zij een mogelijkheid ziet tot verbetering van
het plan of ontwerp, de ontwerper in de gelegenheid het plan of
het ontwerp toe te lichten of te wijziqen.
6. Het advies wordt schriftelijk gegeven en kan bestaan uit:
a. de verklaring dat tegen het ontwerp geen bezwaren bestaan;
b. de verklaring dat tegen het ontwerp qeen bezwaren bestaan,
mits de door de commissie gewenst geachte wijzigipgen worden
aangebracht;
- 8 -