87 25 maart 1976 het centrum van Heemstede. Als men het zo benadert dan kan men daar- voor in dehistorie een duidelijk aanknopingspunt vinden. Het is na- tuurlijk niet zo dat elke ietter die in de nota's is geschreven, ze- ker als het erom gaat een soort evaluatie te geven, in 1976 op pre- cies dezelfde wijze wordt voorgedragen of verdedigd vanuit het col- lege als ze destijds door deskundigen en door onze adviseurs aan het papier zijn toevertrouwd. Spreker wil er nog wel eens op wijzen dat behalve het afwijzen van een grootschalige indikatie, waarvan men allemaal weet dat die én door de inspraak én door de raad ten princi- pale is geschied en dus uit de beschouwingen kan weg blijven, de be- reikbaarheid van het centrum als geheel uitgangspunt is geweest van studies aan dit centrum gewijd. Volledigheidshalve merkt spreker op dat het college niet a11e onderzoeken heeft doen plaatsvinden die denkbaar zouden zijn geweest, want de raad weet bijvoorbeeld van een zeer diepgaand georiënteerdheidsonderzoek, onder andere in de hele regio, dat destijds mede om de tijds- of financiële redenen niet heeft plaatsgevonden. Misschien had dat ook een goede bouwsteen kunnen zijn en voor een aantal leden van de raad een belangwekkend argument hebben kunnen opleveren. In.de rapportage en in het rapport "Winkelen in de kern" zijn meer redenen aan te treffen, cijfermatig, die in an- dere richting wijzen - een contrair onderzoek heeft spreker niet voor- handen - maar er is bepaald geen cijfermatig materiaaldat zou wijzen in de richting van een terechte grote bezorgdheid ten aanzien va'n het nu voorgestelde circulatiemodel en met name wat betreft het stuk Bin- nenweg-noord. Dat is een principieel punt, omdat het colleqe daarvoor ook geen vol- doende houvast in de argumentatie heeft gevonden om het centrum in lobben, in drie delen, te gaan bezien. Als spreker dan toch met alie voorzichtigheid een cijfer noemt, dan blijkt dat met name de relatie centrum - bezoekers van elders, dat treft men aan in bijlage IV van het door spreker genoemde rapport, getalsmatig een belangrijke reia- tie, die dus voortkomt uit twee tellinqen op donderdag en zaterdag hier gedaan - de bezoekersenguête - voor een belangrijk deel een re- latie met Haarlem-zuid is, die getalsmatig in een belangrijk veelvoud ligt ten opzichte van Aerdenhout. Een aantal bezoekers betekent na- tuurlijk niet zonder meer bijvoorbeeld het evenredig economisch be- lang qua inkopen. Maar als hij het getai noemt om de relatie aan te geven, namelijk 102 bezoekers uit Haarlem tegen 16 uit Aerdenhout, en hij tevens nagaat dat juist de relatie centrum - Haarlem naar de over- tuiging van de meerderheid van het coilege door het B-model niet we- zenlijk en zelfs nauwelijks wordt geraakt, dan dient men zich te rea- iiseren dat als deze bezoekers werkelijk georiënteerd zouden zijn op de Binnenweg-noord alleen, zij ook in dit systeem een circulatieroute hebben. Zij kunnen aanrijden via Dreef en behoeven dat niet via de Zandvaartkade, wat ze overigens wel mogen, te doen. Vanaf het allereerste begin is in de opdrachten voor het opstellen van de nota's de functie van het centrum van Heemstede als een zeer belangrijke meegewogen. Het is ook gezien de terecht gesignaleerde concurrerende winkelcentra een uitermate belangrijke zaak hoe wij verwachten dat dit centrum zal functioneren ook bij het voorgestelde circulatiemodelDaar gaan kennelijk de appreciaties toch uiteen. Spreker betreurt dat, maar het moet vastgesteld. Het kan in ieder ge- val geen punt van diskussie zijn of wij de regiofunctie van Heemstede en de verdere moderne rol van het centrum, wel relevant of als vol- doende zwaar zouden bestempelen.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1976 | | pagina 22