110 13 apnl 1976 het laatste woord met die behandelinq nog niet is gesproken. Spreker zal daar morgen op terugkomen en zal zonodig daarover dan graag een uitspraak van de raad willen vragen. De voorzitter schorst de vergadering te 20.50 uur en heropent deze te 20.57 uur. De voorzitter merkt oo dat verschiHende sprekers de mmiddels zeer bekend geworden motie van september 1974 hebben aanqehaald, waarvan de verstrekkendheid bij allen misschien nog v;el eens wat zorgen heeft ge- baard, misschien zelfs verrast, hetgeen op zich ook zeker wel zijr. 1eerzame kanten heeft gehad. Het college hoopt uiteindelijk op de berg werk - dat is ook het moedgevende geweest voor alle beklimmers van de berg, waartoe ook de raad uiteraard behoort - de Heemsteedse vlag te kunnen plaatsen, en is van mening dat we om een aantal redenen - zoals de te bevorderen princim'eel-juistere staatsrechtelijke positie van de raad als één van de belangrijkste argumenten - nier inderdaad met een goede zaak bezig zijn, die tijd, energie en een grote geëngageerdheid vraagt van allen die daar mee bezig zijn, bestuurlijk of ambtelijk. Spreker is het zonder meer met de heer Schlatmann eens inzake de be- langrijke bijgestelde eisen op het stuk van personeeisbeleid, waar het gaat om een tot uitvoering komen van een integrale beleidsplanning. Het zal bekend zijn dat deze zaken ook nu reeds geschieden; de bij- scholing van de daarvoor in de eerste plaats in aanmerking komende ambtenaren zal in de aandacht blijven. Ook spreker onderkent het belang van de relatie van de burgerij met de politie; het middel wijkagent zal ook in de toekomst, iri het beleid ook instrument, een zeer belangrijk onderdeel uitmaken van de diskus- sies op het punt van de mogelijkheden van af of niet uitbouw van dit instit'uut. Inzake de begrijpelijkheid van de taal voor de burgerij meent spreker te kunnen vaststellen dat we daarop meer dan vroeger attent zijn, zon- der dat we altijd de steen der wijzen zullen hebben gevonden. Hij geeft toe dat als men vaak met dezelfde begrippen werkt men de neiging heeft dat voor anderen ook "gesneden koek" te vinden. Het wil het college voorkomen dat voor de bijzondere teleurstelling, die de heer Baar namens zijn fractie heeft geformuleerd wat betreft de stellingname van het college ten aanzien van het memorandum, geenplaats is. Het college heeft de motie-uitspraak van de raad in de eersteplaats opgevat als de wens een ontwerp voor een geïntegreerd beleidsplan op tafel te leggen. Spreker heeft reeds gerefereerd aan het goede overleg met de raad over het gekozen systeem voor deze beleidsplanning. Ook over de wijze van voorbereiding en de vaststel1ingzoals we die in twee fasen voor ons zien, is overeenstemming bereikt. Thans is het resultaat van de eerste fase, de formuleringen van de uitgangspunten van het beleid od de diver- se terreinen van het gemeentelijk beleid, aan de orde. Het gehee! van doelstellingen is naar het oordeel van het college ook een masterplan te noemen. Deze doelstellingen hebben onder meer betrekking op het in het memorandum van de C.D.A.-fractie bedoelde beleid op economisch, sociaal en ruimtelijk terrein. Naar zijn oordeel blijkt uit die doel- stellingen ook wat we in Heemstede willen en niet willen. Het lijkt hem daarom overbodig naast deze doelstellingen nog eens een sociaal, ruimtelijk en economisch plan op te stellen. De C.D.A.-fractie vraagt in feite - spreker meent dat daar de kern van het meningsverschil ligt-

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1976 | | pagina 10