122 13 april 1976 datgene wat in de commissievergadering plaatsvindt - dat daar juist een argument voor de openbaarheid ligt, want voor iedereen die op de tribune aanwezig is geldt, dat als hij een raad op een bepaalde avond bezig ziet, en het ene na het andere stuk als hamerstuk behan- deld ziet, hij daar een vreemde voorstelling van krijgt. Dat begrijpt hij niet; hij doorziet dikwijls niet wat er allemaal aan vooraf is gegaan, te weten een stuk werk binnen het coliege - dat is niet open- baar - en ook een beraadslaging in de commissie. En het laatste is zelfs dikwijls een beraadslaging in een vroeg stadium, zonder dat er nog sprake is van uitgesproken standpunten. Als deze zelfde burger ook die beraadslagingen zou kunnen bijwonen, gaat hij het allemaal beter begrijpen. De voorzitter zegt dat de ervaring van de publieke tribune ten aanzien van gemeenten waar de commissievergaderingen principieel openbaar zijn, vaak een teleurstellende is. De heer Jager wijst op de naar zijn mening uitstekende ervaring die in de gemeente Haarlem wordt opgedaan met de onenbaarheid van commissievergaderingen, waarvan men dan ook vrijwel wekelijks ver- slagen van in de pers kan aantreffen, waar standpuntbepalingen, dis- kussies over zeer vroege beleidsnota's, zelfs diskussies over de be- 1 eidsvoornemens van het college met betrekking tot de vrije beleids- ruimte van de begroting voor het nieuwe jaar, in alle openheid door de raadsleden, zonder dat er van vooraf ingenomen standpunten sprake is, worden besproken. Spreker gelooft dat wellicht in bepaalde ge- meenten inderdaad niet zoveel ervaring wordt opgedaan met het feit dat er burgers op de tribune zittenv maar als er een belangrijk onderwerp in zo'n commissie aan de Orde is, dan zit de pers daar toch altijd. Volgens de voorzitter mag de pers bepaald niet worden uitgescha- keld, maar het gaat om de rechtstreekse belangstelling voor het de- bat; men is aanwezig en weet dus eigenlijk onvoldoende. Men kan na- tuurlijk beter bewapend zijn als er een vooriichting in de pers ge- weest is. Spreker waarschuwt daarom voor te gespannen verwachtingen. De heer Baar wil dat graag onderschrijven, maar voegt eraan toe van Haarlemse raadsleden een soortgelijke ervaring te hebben ge- hoord als de heer Jager naar voren brengt. Men heeft daar de erva- ring opgedaan dat men eerst zeer heeft moeten wennen aan de open- baarheid van commissievergaderingen en dat men nu eenvoudig tot de konklusie komt dat het over het algemeen goed functioneert. Voorts wil spreker benadrukken dat als men besluit tot invoering van open- baarheid, dit niet alleen een formeel besluit moet zijn maar dat daaraan dan ook van de zijde van het gemeentebestuur een serieus streven ten grondslag moet liggen om die openbaarheid zoveel moge- lijk inhoud te geven. In dat opzicht worden met meer of minder suc- ces in verschillende gemeenten bepaalde experimenten ondernomen. In het laatste nummer van de Nederlandse Gemeente stond een ervaring vermeld dat in een openbare commissievergadering, waar men in een vrij vroeg stadium over een bepaald onderwerp begon te brainstormen, de voorzitter op een gegeven ogenblik tot de aanwezige burgers zei dat hoewel ze formeel geen inbreng hadden, hij toch graag de gelegen-

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1976 | | pagina 22