14 april 1976
136
De voorzitter konstateert dat geen stemming wordt verlangd, zodat
deze voorgestelde subdoelstelling niet wordt aanvaard.
De heer Jager zou gaarne een nieuwe doelsteiling zien toegevoegd op
het punt vande wijkraden. Het college heeft met betrekking tot die
problematiek een nota toegezegd, waarover zijn fractie verheugd is. De
inbreng van Progressief Heemstede was ook nergens anders op gericht dan
dat er een dergelijke nota zou komen. Toch meent zij dat er een doel-
stelling of subdoelstelling over deze materie moet worden opgenomen,
met name inzake de achtergrond waarom men vindt dat hier iets aan ge-
daan zou moeten woraen. Op welke wijze iets in die richting gedaanmoet
worden zal inderdaad in die nota dienen plaats te vinden. In reactie
op de door zijn fractie geformuleerde doelstelling zegt het college,
dat zeggenschap voor de burger over zijn wijk/straat onmogelijk is.
Zij bestrijdt dit; indien gekomen zou kunnen worden tot gekozen wijk-
raden - dat onderzoek in die nota is nodig om dat te bekijken - dan
is het in principe heel goed mogelijk dat aan zo'n wijkraad bepaalde
taken, die nu nog bij de gemeente liggen, worden toegekend. Daarnaast
is zo'n wijkraad vanzelfsprekend ook pleitbezorger bij de raad en bij
het college voor de belangen van de wijk. Hiervan uitgaande wil zijn
fractie het volgende voorstel voor een nieuwe doelstelling formuleren,
waarbij een kleine aanpassing, naar aanleiding van het kommentaar van
het college op de oorspronkelijke formuiering, is aangebracht, namelijk
het volgende: "Het realiseren van een zo groot mogelijke inspraak en
waar mogelijk ook zeggenschap van de burger ten aanzien van de zorg
voor zijn directe leefomgeving, de straat en de wijk." De nota, die het
college heeft toegezegd, zal een uitvloeisel van die doelstelling moe-
ten zijn in de instrumentenfase.
De voorzitter brengt naar voren dat men moet vaststellen dat de be-
slissingsbevoegdheid ten aanzien van het beieid inderdaad aan de raad
is. In die zin heeft het college het enigszins toegespitst. Hij is met
de heer Jager van oordeel dat als men gaat denken in de richting van
wijkraden, van lichtere tot zwaardere vormen, het niet alleen bijna on-
vermijdelijk, maar in de diskussie is inbegrepen dat er een stuk over-
dracht van zeggenschap denkbaar is. In die zin heeft hij het met de
formulering van de heer Jager niet moeilijk. Dat is natuurlijk een min
of meer persoonlijke reactie. Het college stelt zich op het standpunt
dat de nota een uitgangspunt moet zijn voor een raadsdiskussie met al-
le principiële kanten vandien en ook hoever men kan gaan als men deze
richting inslaat. In feite zal de eerste werkelijk aan deze zaak gewij-
de diskussie plaatsvinden aan de hand van een aparte nota, daar is geen
meningsverschi1 over. Spreker vraagt of in de tekst van de heer Jager
de woorden "het waar mogelijk" juist zijn.
De heer Jager is bereid vooralsnog te volstaan met de woorden "zo mo-
gelijk".
De voorzitter is het daarmee eens, want de raad zalwelke positie
het ook zal gaan innemen, toch niet graag vooruitlopen op de nota. Het
"zo mogelijk" laat de diskussie en de wegen die de raad wi 1 inslaan ten
aanzien van de wijkraden iets beter open.
De heer Schlatmann is erkentelijk voor het toezeggen van de nota. Hij
meent dat het prematuur is nu al in een doelstelling tot uiting te bren-