151
14 april 1976
SubdoelsteTHng I 03.03.01.
De heer Van der Wal merkt op dat de tekst luidt: "Bij het verlenen
van subsidies uit te gaan vän de behoefte van instellingen en vereni-
gingen, zodat door de verhoging van de financiële mogelijkheden
Dat zou anders kunnen worden uitgelegd dan het hier staat. Hij neemt
aan dat hiermee bedoeld wordt: doordat de overheid een subsidie ver-
leent, wordt de fir.anciële armslag van een instelling groter. Dat hoeft
natuurlijk niet zo te zijn en het is wellicht daarom wenselijk het woord
"verhoging" te wijzigen in "verruiming".
De voorzitter kan zicn daarmee verenigen.
Dienovereenkomstig v/ordt besloten.
Subdoeisteiiing I 04.01.01.
De heer Jager meent dat het woord "taakstel1ing" moet zijn: "taken".
De heer Van der Hal gelooft dat men in de derde regel achter het
woord "taken" een punt kan plaatsen en dan hoeft de rest er niet aan te
worden toegevoegd.
De heer Jager heeft ,daar bezwaar tegen. Taken van het gewest kunnen
namelijk heeI gced taken zijn die van elders aan het gewest worden toe-
gedeeld, bijvoorbeeid van de kant van de provincie, terwijl het met name
voor ons natuurli.ik van beianq is op het moment dat we taken van ons
zelf als gemeente gaan overdraaen aan het gewest en dat men daar dan de
personeelssituatie van de eiqen qemeente behartigt.
De voorzitter konstateert dat de raad zich ermee kan verenigen dat
het woor'd "taaksteiiing" wordt gewijzigd in "taken", zodat dienovereen-
komstig wordt besloten.
Subdoeisteliing I. 04.02.01
De heer Jager heeft toch voorkeur voor de tekst die door zijn fractie
op dit punt is voorgesteld, waarin duidelijk een accentverschil ligt.
Zij stelt daar voor de kwestie van de bevordering van de kwaliteit ineen
andere zin te formuleren, namelijk: "het bieden van mogelijkheden aan het
personeel tot verdere ontplooiing van hun persoonlijkheid door vorming
en opleiding, mede gericht op de bevordering van de kwaliteit van het
ambtelijk apparaat in relatie tot de behoefte van het openbaar bestuur".
Zij vindt daarin de beide elementen van enerzijds de behoeften van het
openbaar bestuur, waar duidelijk rekening mee gehouden moet worden als
men als openbaar bestuur werkgever is, en aan de andere kant ook het be-
lang van de persoon van de werknemer van die overheid, beter verwoord
dan in alieen maar: "Het bevorderen van de kwaliteit van ambtenaren mede
in relatie tot de behoefte" enzovoort.
De heer Baar zegt dat in de doelstelling sprake is van vorming en ont-
plooiing van de persoon van de ambtenaar. Dat krijgt niet alleen zijn
uitwerking in die ene subdoeistelling, maar in alle vijf.
De heer Jager zegt dat het element van het bieden van mogelijkheden
aan het personeel tot verdere ontplooiing van persoonlijkheid in de rest
van de subdoelstel1ingen niet zo naar voren komt.
De heer Van der Hal merkt op dat het creëren van arbeidsklimaat'daar-
mee duidelijk verband houdt. Een prettig arbeidsklimaat is dat een werk-