159
14 april 1976
proces waarvan de horizon niet snel te zien zal zijn en iedere be-
slissing in dit kader zal gebaseerd dienen te zijn op de gewenste be-
volkingspyramide. Als eenvoudig voorbeeld zou men de vraag kunnen stel-
len of bij het slopen van oude woningen deze wederom vervangen zouden
moeten worden door nieuwe eengezinswoningen, dan wel bijvoorbeeld door
flats voor alleenstaanden.
Nu zou men kunnen stelien dat men dit dan wel weer via een bestemmings-
plan regelt, maar het ontwerp van dat bestemmingsplan dient op zijn
bdurt weer gebaseerd te zijn op een visie vanuit het beleidsplan, wel-
ke laatste indikaties dient in te houden ten aanzien van de gewenste
totaal-ontwikkelingOntbreekt dit houvast, dan worden de normen wille-
keurig en uitsluitend bepaald door de op dät moment heersende gevoe-
lens. Door een totaalvisie in het beleidsplan neer te leggen is het mo-
gelijk een ad hoc beleid bij voorbaat te weren en dit laatste is naar
de opvatting van zijn fractie een goede zaak.
De opvatting van zijn fractie is dat de juiste volgorde aldus moet
zijn: a. de totaal-visie neerleggen in het beleidsplan, en b. vanuit
die visie de bestemmingsplannen opstellen. Nu stelt het college dat
bij de principes "bevolkingspeil" en "bevolkingsopbouw" dwingende fak-
toren meespelen met betrekking tot de geboorte- en sterftecijfersals-
mede vestiging en vertrek van de bevolking. Nu geeft hij het college
toe dat geboortecijfers bezwaarlijk te be'invloeden zijn, doch de sterf-
te-cijfers daarentegen worden wel degelijk beïnvloed door bijvoorbeeld
de mate, waarin men de stichting van bejaarden- en verzorgingstehuizen
in zijn gemeente toestaat. Naar de opvatting van zijn fractie valt
moeilijk te ontkomen aan een principiëie keuze dienaangaande.
Spreker wil geenszins de indruk wekken dat zijn fractie er een voor-
standster van is, de vestigingen als vorenbedceid te limiteren, doch
zij is van mening dat men zich in dit verband in ieder geval eerst zal
dienen uit te spreken.
Het college merkt op dat de invloed van het gemeentebestuur op vesti-
ging en vertrek van de bevolking nihil is. Zijn fractie vindt dit nog-
al een boute konklusie. Waarom vestigt men zich in Heemstede? Omdat men
daar een woning kan vinden welke past bij zijn gezinssamenstelling en
maatschappelijke positie welke men in of op redelijke afstand van Heem-
stede heeft of kan vinden, of, omdat men Heemstede een aantrekkelijke
woongemeente vindt. In dit verband is het soort woningbouw wel degelijk
van invloed op de maatschappelijke klassen die hier komen wonen. Öf die
bepaalde kategorieën hier nu werkelijk in principe willen neerstrijken
is mede afhankelijk van de soorten industrie, kantoren, verzorgingsbe-
drijven en dergelijke, die wij willen aantrekken. Over dit onderdeel
zal de raad zich dus ook in het beleidsplan moeten uitspreken.
Bovendien zullen de kulturele voorzieningen en ook de scholen op hun
beurt weer afgestemd moeten zijn op de typen woningen (in aantallen te
noemen) die er zijn en nog gebouwd gaan worden. Waar men die voorzienin-
gen gaat neerleggen heeft weer invloed op de toe- en afvoerwegen (dus op
het verkeersstruktuurplan)A1 de hiervoren door hem genoemde zaken heb-
ben met elkaar te maken en zijn in hoge mate van elkaar afhankelijk.
Dat nu is - naar de opvatting van zijn fractie - "ruimtelijk ordenen"
in de ware zin des woords en hierover moeten wij ons in het beleidsplan
ui tspreken.
Spreker realiseert zich met het ontwikkelen van deze gedachten wel iets
te hebben losgemaakt, en het zou een weinig reële zaak zijn - aannemende
dat zijn collega's van de andere frakties het C.D.A. hierin geheel of