14 april 1976
174
uitsluitend via de hoofdwegen of de ontsluitingswegen. Zij verwijst
hiervoor naar de in juni 1974 in de raad gemaakte annotatie.
Om bovengenoemde reden vindt zij dat in deze doelsteiling het woord
"optimaal" onvoidoende marge overlaat. Zij stelt voor dit woord te ver-
vangen door "goed".
De heer Jager heeft op zich niet zo'n bezwaar tegen vervanging van
het woord "optimaal" door "goed", maar de motivatie die de heer Kirsch-
baum aanvoert slaat niet direct op deze doelstelling. Dat heeft nameiijk
met andere elementen te maken. Hij heeft het over het verkeer tussen de
wijken onderling en dergelijke. Spreker ziet dat niet vertaald in het
veranderen van het woord "optimaal" door "goed".
De heer Kirschbaum zegt dat ais men het woord "optimaal" benut voor
verblijf en ontmoeting, de marge dan wel klein is voor de bewoners van
de wijken zelf om deze verder naar hun wensen in te richten.
De heer Klos meent dat zijn fractie voldoende duidelijk heeft uitge-
sproken hoe zij over deze wijken denkt. Hij vraagt de heer Kirschbaum
of met het woord "goed" een marge wordt gelaten om toch een vorm van
verkeer, meer dan het buurtverkeerte accepteren.
De heer Kirschbaum gelooft dat dit wel die ruimte geeft dat niet
alles is voorgeschreven, maar dat de wijkbewoners hier zelf ook nog een
zekere vrijheid in hebben.
De heer Klos zegt dat dit dan slaat op subdoelstelling III 04.01.03.
De heer Schlatmann merkt op dat zijn fractie in deze doelstelling en
subdoelstellingen dataene vertaald zou willen zien wat de meerderheid
van de raad bij de behandeling van het verkeersstructuurplan heeft afge-
sproken. Dat is het punt waar de heer Kirschbaum op doelde.
Er waren duidelijk nuanceverschillen, die zij thans teruggevonden wil
zien.
De heer Van Emmerik vindt de doelsteliing zoals die nu geformuleerd
is voldoende'objectief en ruim geformuleerd om een kader te bieden waar-
in iedereen zich gelukkig kan voelen.
De heer KIos is tevreden met de doelstelling zoals die thans geformu-
leerd is.
Methouder. Reeringh gelooft dat de opmerking van de heer Kirschbaum
moet worden gezien in het licht van de woorden: "verblijf en ontmoeting"
Allen zijn ervan overtuigd dat "verblijf en ontmoeting" in de wijken,
de openbare ruimte en ook in andere gebieden van de gemeente zoals het
geformuleerd staat, op adequate wijze zal moeten kunnen geschieden.Het
woordje "adequaat" zelf is dan misschien niet voldoende duidelijk, van-
daar dat de heer Kirschbaum gekozen heeft voor het woord "goed". Spre-
ker meent dat dit "goed" voidoende aanduid wat hier bedoeld wordt. Wan-
neer "optimaal" in relatie gebracht moet worden tot "verblijf en ontmoe-
ting", dan blijft er eigenlijk onvoldoende ruimte, in de meest letter-^
lijke zin waarschijnlijk ook, voor welke vorm van ander verkeer dan ook,
hetgeen net iets te ver zou gaan.
De voorzitter vindt dat het niet de bedoelinq is dat thans weer wordt
teruggekomen op het verkeersstruktuurplanen dat de daarbij genomen be-
slissingen weer worden getoetst aan het beleidsplan.