14 april 1976
176
voortgezet. Met de heer Jaqer is hij van oordeel dat de raad moet zeg-
gen of deze doelstelling en subdoelstellingen inderdaad een juiste ver-
taling zijn van de visie-ontwikkeling met betrekking tot het verkeers-
struktuurplan, waarbij men ook het Einnenwegplan kan betrekken, want
daarbij is een diskussie geweest over de kwestie van al dan niet vol-
ledig afsluiten van woonstraten.
De heer Schlatmann heeft alleen ruimte gevraagd voor de verwoording
zoals die door de heer Reeringh is gedaan; ook spreker meent dat men
moet trachten vanavond met elkaar hier uit te komen, maar hij vindt
het een te belangrijk onderwerp om in deze niet voor 100% zeker te
zijn.
De voorzitter zegt dat de bedoeling is, zowel van de opmerking van
de heer Schlatmann als van de anderen, dat serieus de verschillende
kanten van een deraelijke opmerking worden gewogen. Op dit mcment kan
spreker niet hard maken of precies de woorden zijn gebruikt die des-
tijds zijn gekozen. Hij stelt voor de diskussies over dit hoofdstuk te
vervolgen.
De heer Kirschbaum is bevreesd dat als men zich vastlegt op het
woord "optimaal men zou kunnen stellen dat de woonwijken nu inderdaad
worden afgesloten en men bijvoorbeeld bij de Binnenweg niet meer in de
zijstraten kan komen. De bedoeling is dus het v/oord "optimaal" te ver-
vangen door een woord dat meer marge laat.
De voorzitter konstateert dat de meerderheid van de raad zich daar-
mee kan verenigen, zodat dienovereenkomstig wordt besloten.
Subdoelstelling III 04.01.03
De heer Van Emmerik heeft voor zichzelf nagegaan waar de formulerin-
gen gelijkluidend zijn aan eerder aekozen formuleringen en waar dus
verder een vertaling gezien moet worden. Wat betreft deze subdoelstel-
ling is het slot: "het aanleggen van woonerven" absoluter geformuleerd
dan tijdens de behandeling van het verkeersstruktuurplan eruit is geko-
men. Zijn waarnemend fractievoorzitter heeft toen gesteld dat zijn frac
tie het principe van de woonerven niet afwijst, maar er wel de kantteke
ning bij maakt dat zij de uitwerking wijk voor wijk in nauw overleg met
de bewoners van groot belang acht, en dat een totaal-opdeling bij voor-
baat van Heemstede in woonerven haar te ver gaat.
De voorzitter meent dat "in overleg met de bewoners" hier niet
zou misstaan. Dat is inderdaad toen ook een algemene opmerking geweest.
Hij vraagt of de heer Van Emmerik de preciese redactie wil overlaten
aan het college, waarin dit dan wordt opgenomen.
De heer Van Emmerik ziet daar met belangstel1ing naar uit.
De heer Kirschbaum zegt dat zijn fractie tegen een subdoelstelling
voor het inFfchten van woonerven overwegende bezwaren heeft, omdat niet
het veranderen van de straat in een erf haar doel is, doch alleen het
beschermen van woonwijken tegen doorgaand sluipverkeer. Zij stelt daar-
om voor in het vervolg als men over woonerven wil spreken liever het
woord "wooneilanden" te gebruiken. Aangezien de ontsluitingswegen op
een later tijdstip aan de orde komen, meent zijn fractie dat dit punt
kan worden verkort tot: "woonwijken afschermen tegen sluipverkeer".
De voorzitter vindt dat dit te ver de gedachte terugdringt dat we in