200 29 apri1 1976 dingen tneer die men kan laten staan en afstemt op de huidiqe situatie, terwijl men niet naar de toekomst kijkt. De heer Van Emmerik zegt dat zijn fractie van meet af aan van meninq is qeweest ïïat met overal het regionaal verband ten tonele gevoerd iraet worden, maar er zijn plaatsen waar die invoering nut heeft. ïn het vori- ge hoofdstuk is dat gedaan inzake het sluitend geheel van de volksge- zondheid. Ook hier acht zij het van voldoende belang, hetgeen in de praktijk ook gebeurt; in dit verband noemt hij het werken van de raads- commissie voor onderwijs.Het zou hier nuttiq zijn, v/aardoor rnisschien be- paalde bezwaren kunnen worden ondervangen, door tussen te voegen: "het bijdragen tot". De redaktie wordt dan: "het zorgen voor c.q.het bijdra- gen tot de realisering van voldoende mogelijkheden van het volgen van on- derwijs, waar nodiq ook in regionaal verband. Daarmee maakt men duidelijk dat er een tweeledige taak voor de gemeente ligt: "het zorgen voor" duidt er allereerst op wat de qemeente zelf kan doen, het zelf scheppen van mo- gelijkheden en "het bijdragen tot" is een taak die zicn over de grenzen van de geraeente kan uitstrekken in regionaal verband. Niet ten onrechte is het probleem van de 1.o.m.-school aanqevoerd en er zijn natuurlijk meer voorbeelden. Kethouder Van Drooge meent dat "bijdragen tot" heel iets anders is dan "zorgen voor". Hij vfnïït deze formulerjng beter. De voorzitter merkt op dat de heer Van Emmerik dus van nening is dat het zinvol Ts net woorri "regionaal" ook nier in te voegen, maar hij wil het wel voor de uitzonderingen bewaren. Als de raad er zo over zou denken dat 'regionaal" en eventueel "gewestelijk" voor bepaaide zaken ingevoerd moet worden, dan moet men natuurlijk bij het opnieuw doorlopen van het plan wel bezien of dit konsekwent is qedaan. De heer Van Emmsrik zegt dat de raad r.u 1 angzamerhand is toeqekomen aan de laatste hoofdstukken van het beleidsplan, en tot nu toe is naar zijn oordeel in de praktijk de regel die de voorzitter aanduidt, gevolgd. Als het onderwerp daartoe speciaal aanleiding geeft, dan is zijn fractie niet bevreesd voor het v/oord "regionaal". Wethouder Van Drooge vraagt de heer Van Emraerik of, als man de formu- lering gebrui>.t "bijdragen tot", dat rtqionaal verband dan nog zo nodig erbij opgenomen moet worden. De heer Van Emmerik zegt dat als men het regionaal verband handhaaft, het "bijdragen" er met. in hoeft. Laat men het "regionaal verband" val- ien, dan zal in ieder geval "bijdraqen" eriri vernieïd moeten worden. Hij vindt de formulering: "het zorqen voor voldoende mogelijkheden voor het volgen van onderwijs, waar nooig ook in reqionaal verband" iets genakke- lijker verstaanbaar en te volgon voor de burger aan: "het zorgen voor c.q. net bijdragen tot" en nog misschien een paar invoeqingen. De voorzitter konstateert dat de raad zich hiermee kan verenigen zodat dienovereenkomsfig wordt besloten. Mevrouv/ Diel zou graag zien dat deze subdoel stel i ing wordt gewijzigd in die zin cat die kennis niet alleen v/ordc verworven maar ook wordt uit- gedragen, zodat de tekst v/ordt: en kennis hebben en uitdragen van..". Het is niet zo'r. vanzelfsprekende zaak dat mensen ook de kans wordt gege- ven die kennis uit te dragen. Ze hebben daarbij vaak medewerking nodig van anderen, hetzij var. de hoofden van scholen, hetzij van het bevoeqd gezag. Siihdoelstelling VII 01.01.06

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1976 | | pagina 12