29 april 1976
205
Mevrouw Diel stelt als nieuwe doelstelling 02.03 voor: "Het onder-
zoeken van de mogelijkheid en v/enselijkheid van het creëren van voor-
zieningen voor (dag)onderwijs voor volwassenen"Het college heeft in
zijn reactie geantwoord dat het voorshands op dit gebied geen taak voor
de gemeente ziet.
Spreekster heeft echter onlangs een uitgebreid artikel in de krant gele-
zen dat er toch talrijke initiatieven op dit gebied in Nederland ontwik-
keld worden. Behalve avondscholen zijn er ook een aantal laqere scholen
- dat liqt dan op een iets ander vlak - doende met cursussen voor ouders
van leerïingen onder de naam "ouders op herhalinq", in januari start de
commissie "open school" met de eerste experimenten op dit gebied. Inder-
daad zitten er nog wel wat haken en ogen aan het organiseren vast, zoals
verwerving van de leerkrachtenhet verkrijgen van gebouwen, welk lespro-
gramma of leerplan aangeboden moet worden, enzovoort. Maar dat neemtniet
weg dat de aktiviteiten van deze commissie "open school" wellicht een
kans zullen qaan bieden aan deqenen die tijdens hun schoolperiode niet
de kansen hebben gehad tot voldoende onderwijs te komen. Haar fractie kan
zich overigens wel voorstellen dat het college aan deze doelstell ing niet
direct uitvoering wil geven, doch om deze doelstelling niet op te nemen
gaat haar iets te ver.
Wethouder Van Drooge merkt op dat het college dit ook niet zo princi-
pieel heeft afgewezen; het colleqe heeft gesteld dat het het gewenst acht
de ontwikkelingen op dit terrein af te wachten. Hij wijst erop dat mevrouw
Diel zelf opmerkt dat het college aan die doelstelling voorlopig wel geen
uitvoering zal geven. Hij vindt dat als men deze doelstelling opneemt, men
wel duideiijk de intentie moet hebben deze uit te voeren. In dit geval zou
misschien gedacht kunnen worden aan regionaal verband, in die zin, dat be-
keken zou kunnen v/orden wat er regionaal gaat gebeuren en hoever Heemstede
daarin zou kunnen meegaan.
Mevrouw Snoep deelt mede dat haar fractie zich kan verenigen met het
antwoord van het college. De commissie "open school" heeft een aantal
proefprojecten aangewezen die daaraan zullen deelnemen en bepaalde plaat-
sen uitgezocht waar die proefprojecten zullen starten. Die commissie
"open school" wacht zelf ook eerst die experimenten af. Die experimenten
beginnen op zijn vroegst begin 1977, of. misscnien najaar 1976; het lijkt
haar daarom zinniger om er iets in een later stadium over op te nemen dan
het nu al te doen.
De heer Van Emmerik vindt dat men tegen de doelstelling, zoals die hier
geformuleerri is, weinig bezwaar kan hebben. Integendeel, zijn fractie is
er vöör. Het is alleen typisch een doelstelling waarvan men onmogelijk de
financiële konsekwenties kan voorzien. Dat vindt hij nog geen reden om nu
"neen" te zegqen. AIs de prioriteitenstelling aan de orde komt, dan kan
men ook met het financiële aspect rekening houden.
De heer Jager merkt op dat de wens van zijn fractie om dit elementtoch
op te nemen ook wordt ingegeven door de wens, waarvoor zij bij de eerste
doelstelling van het hoofdstuk onderwijs heeft geoleit, om niet in de uit-
gangspuntendoelstel1ing van het onderwijs over alleen het "kind" te spre-
ken maar over het "individu". Zij vindt dat het begrip éducation permanen-
te voor een belangrijk deel in wat zijn fractie nu voorstelt, als een ele-
ment waar zeker rekening mee gehouden moet worden, wordt verwoord. Zij
geeft doordat ze het formuleert als: "het onderzoeken van de mogelijkheid
en wenselijkheid" duidelijk aan, dat ook zij aarzeling heeft of de gemeen-