29 april 1976
213
geweest inclusief de investering. Die gelden zijn tot dusver ten be-
iioeve van de gemeente bespaard geworden'. Het is duidelijk dat een on-
derhoud, zoals H.B.C. met geringe krachten tot dusver heeft kunnen
doen, zich natuurlijk op de duur moest wreken, want ook onze sportpar-
ken, die wel een optimaal onderhoud krijgen, zijn nu na 30 jaar aan
renovatie toe. Het is dan ook duidelijk dat de velden van H.B.C. niet
na 30 jaar, maar na 18 jaar aan revisie toe zijn. Ze hebben dan ook in
die 18 jaar wel iets ninder gekost dan het onderhoud van onze gemeente-
iijke sportvelden. In de vergadering van de Heemsteedse Sportstichting
is gesproken over een zeker toezicht op de besteding van deze gelden.
Spreker wil daar vanavond verder geen diskussie over, daar is in de vol-
gende vergadering van de Sportstichting alle gelegenheid voor. De brief
die de Heemsteedse Sportstichting omtrent deze subsidie-aanvraag aan het
college heeft gezonden heeft spreker voor zich liggen, alsook de notulen
van die vergadering. Spreker kan hierin geen discrepantie vinden. Wan-
neer men meent dat de notulen onvolledig zijn met het gevolg dat het
advies aan het college ook niet voliedig is, dan wil hij daarover graag
in een volgende vergadering diskussiëren. In deze brief staat duidelijk
dat in de Sportstichting algemeen de behoefte werd gevoeld aan toezicht
van de kant van de gemeente of Sportstichting, op een juiste besteding
van de subsidiegelden; spreker meent dat dit de kern was waarom de dis-
kussies zich hebben afgespeeld.
Er zijn verschi1lende mogelijkheden voor toezicht op de gelden, wat dat
betreft lopen de ideëen van de heren Jager en Schlatmann wat uiteen.
De heer Jager gaat het meest ver. Hij stelt dat een waarnemer permanent
zitting zou moeten hebben in het bestuur van de Stichting SoortDark H.B.C.
om niet alleen het beheer van de gelden en de velden te kontroleren, maar
ook de exploitatie. Spreker heeft deze mening, alsook de mening van de
heer Schlatmann dat ook hij van oordeel was dat er een permanent toezicht
op de besteding van de gelden zou moeten zijn, in de eerste collegeverga-
dering na de Sportstichtingsvergadering ingebracht. Unaniem is het col-
lege van oordeel dat het benoemen van een waarnemer in het bestuur van
een vereniging die een subsidie van de gemeente krijgt, geen juiste zaak
is. Het college is wel van oordeel dat een zeker toezicht een goede zaak
zal zijn; het meent dat wellicht de grondtechnische dienst van de K.N.V.B.
dit zou kunnen doen. Op een desbetreffend verzoek aan de K.N.V.B. werd ge-
antwoord dat men ons gaarne van dienst z'ou willen zijn, maar niet in de
gelegenheid is een periodieke kontrole op de werkzaamheden uit te voeren
en een regelmatige rapportage. Wel is men bereid tweemaal per jaar - in
voor- en najaar - de toestand van de velden te inspecteren en het college
daarover te rapporteren. Het slot van de brief luidt:
"Wezullen het op prijs stellen indien u ons daartoe alle informatie om-
trent werkplanning en grootte van de toegekende subsidie aan ons wil ver-
strekken". Het coliege heeft zich daarover beraden en is van oordeel dat
een zeker toezicht een goede zaak zou zijn, en het meent dat dit zou kun-
nen gebeuren door de technische mensen van de Sportstichting. Spreker
heeft ook meermalen in de Sportstichting vernomen dat het onderhoud van
de gemeentevelden goed is en dat hier terzake kundige mensen aan werken.
Inzake het werkvoorzieningsschap merkt spreker op dat het schap tot op
heden geen grote ervaring op het terrein van aanleg en onderhoud van
sportvelden heeft. De desbetreffende afdeling, waaronder plantsoenonder-
houd, tuinonderhoudgroenvoorziening waaronder sportvelden vallen, be-
staat slechts een paar jaar. Wel is spreker uit ervaring bekend dat de
leiding van dit werkvoorzieningsschap, en zeker van deze sector, berust
bij mensen die grote ervaring bij anderen, waaronder bij de Heidemaat-