440 26 november 1976 Wethouder Sprangers zegt dat in het beleidsplan is gesteld dat er gestreefd zou worden naar het betrekken van ongeorganiseerde amb- tenaren met name bij het werk van de dienstcommissies. Niettemin vereist realisering daarvan enige informatie. Het coliege heeft geïnformeerd hoe dit'bij andere gemeenten ligt. Het realiseert zich namelijk dat de vakbonden hier hun eigen reaktie op zullen heb- ben. Spreker stelt zich voor dat, als het college gelegenheid heeft gehad terdege kennis te nemen van de verschillende diversiteiten in moei 1 ijkheden die zich bij^dit streven kunnen voordoen, dan een rele- vant antwoord op de vraag gegeven zal worden. Punt 15. De heer Jager juicht de komst van de aangekondigde nota personeels- beleid toe. Hij zou in dat verband graag zien dat er mede in het kader van de besprekingen die over die nota zullen moeten gaan plaatsvinden, een commissie personeelsaangelegenheden van de kant van de raad zou komen. Hij zou graag willen dat het college zich over die- gedachte be- raadt. Het al of niet doen van die zaak.zou in de nota misschien aan de orde gesteld kunnen worden. De voorzitter doet namens de wethouder voor personeelszaken die toezegging. De heer Schlatmann merkt op dat de heer Jager de instelling van een nieuwe commissie suggereert. Spreker meent dat het algemene per- soneelsbeleid in de commissie voor algemene bestuurszaken thuishoort en de specifieke personeelssituaties, werksituaties en dergelijke, in de commissie voor sociale zaken. Hij meent dat het weer instellen van een aparte commissie zo enigszins mogelijk moet worden voorkomen. De voorzitter zegt dat het college zich over deze vraag nader wil beraden. Punt 16. De heer Van Emmerik brengt naar voren dat er in september een rap- port is verschenen onder de titel: "De Nederlandse gemeenteraad en de criminaliteit"handeienrie over een steekproef onder 180 gemeenten, van het wetenschappelijk onderzoek- en documentatiecentrum van het ministerie van justitie. Aan de burgemeesters was gevraagd of en hoe- veel aandacht er in de raad was besteed aan het onderwerp criminaliteit. Eén van de resultaten was dat de criminaliteit, behalve dan misscnien in enkele van de grootste gemeenten, nauwelijks onderwerp van gesprek is in de Nederlandse gemeenteraden. Hij merkt op dat de criminaliteit een onderwerp is waarmee men alle richtingen uit kan. Cijfers van het C.B.S. bijvoorbeeld betreffen alieen de geregistreerde criminaliteit, hoe groot de verborgen criminaliteit is kan men meestal alleen maar schatten. Het is wel aan te nemen dat er grote verschillen zijn. Zo blijven autodiefstallen over het algemeen niet onopgemerkt, maar van het rijden onder invloed wordt maar een zeer kleine fraktie geregis- treerd en ontdekt. Wat betreft die geregistreerde criminaliteit heeft spreker vorig jaar al naar aar.ieiding van de landelijke cijfers van 1974 haif 1975 opge- merkt, dat er een sterke terugloop was in de stijging. De Heemsteedse cijfers gaven toen, voorzover in de memorie van antwoord gepubliceerd, geen afwijkend beeld. Intussen zijn de landelijke cijfers van heel 1975 bekend, en die geven een verdere afvlakking in de ontwikkeling

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1976 | | pagina 14