ElvuCflï
476 26 november 1976
Beziet men nu de beschikking waarmee gedeputeerde staten hun
goedkeuring aan het plan hebben onthouden, dan komen daaruit
de volgende gronden naar voren. A. gezien het feit dat het
streekplan 7.uid-Kennemer1and 1970 het karakter heeft van een
beëindigingsplan, dient uitertst zorgvuldig met de laatste
bouwmogêlijkheden binnen dat plan omgegaan te worden en dient
uitsluitend nog gebouwd te worden voor de direkte eigen be-
hoefte van de regio. B. het onderhavige terrein is niet zodamg
waardevol dat daarom van bebouwing met op die eigen behoefte
van de regio afgestemde woningen zou moeten worden afgezien.
C. de eigen behoefte bestaat vooral uit woningen voor de finan-
cieei minder draagkrachtigen en dit plan voorziet niet voldoen-
de in die behoefte. Als men de gedachtenontwikkelingen van zijn
fraktie en die van gedeputeerde staten naast elkaar legt, dan
blijkt dat zij vrijwel identiek zijn. Sprekers fraktie is ver-
heugd dat nu blijkt dat zij niet alleen staat in haar opvat-
ting over dit pian, maar dat zij daarin ondubbelzinmg wordt
aesteund door het colleqe van qedeputeerde staten, een colleqe
dat gebaseerd is op een coalitie van C.D.A. en progressieve
partijen. Er is echter meer. Het college van gedeputeerde sta-
ten heeft zowel tijdens een in juni gehouden hoorzitting bij
monde van de portefeuillehouder ruimtelijke ordening, als nu
in zijn beschikking duidelijke vingerwijzingen gegeven over
wegen waarlangs getracht zou kunnen en dus moeten worden een
hoger aandeel van gesubsidieerde woningen in dit gebied te rea-
liseren. Daarbij is tevens toegezegd dat pogingen in die rich-
ting door de provincie met alle kracht zouden worden onoersteund.
Het is onbegrijpeiijk dat noch onmiddellijk na die hoorzitting,
toen dus reeds de eerste signalen zijn gegeven, noch direkt na
ontvangst van de beschikkinq, het college bij gedeputeerde sta-
ten op de stoep heeft gestaan om tezamen met dat college alle
mogeiijke moeite te doen om inderdaad eventueel met extra fi-
nanciële steun van het rijk, op welke wijze dan ook, te komen
tot een aanpassing van het plan. Het is spreker bekend dat gede-
puteerrie staten een dergelijk initiatief van burgemeester en wet-
houders ook min of meer hadden verwacht. Het is echter nog ster-
kerzelfs in het thans voorliggende voorstel om in beroep te
gaan bij de Kroon, rept het co'liege met geen enkei woord over
akties van zijn kant om alsnog die pogingen te ondernemen. Zo-
wel dit nog niet ondernomen hebben van deze pogingen als te
meer het niet aankondigen daarvan in het voorsteldoet hem twij-
felen aan de waarde van de uitingen in het verleden in deze raad
gedaan, dat men wel meer gesubsidieerde bouw zou wilien plegen,
maar dat men het niet kan. Zelfs als het college nu alsnog op
aandringen onder meer van de C.D.A.-fraktie zou uitspreken be-
reid te zijn pogingen te ondernemen, dan heeft sprekers fraktie,
gezien deze voorgeschiedenis weinig hoop op de voortvarendheid
en de kracht waarmee die pogingen ondernomen zullen worden. Zij
vraagt zich ook af of niet door het instellen van Kroon-beroep
de geloofwaardigheid van die pogingen zou worden aangetast.