7 want ze laqen al qeruime tijd ter secretarie, voorzien van het rap- port van het verificatiebureau. Het is dus zeer wel monelijk die be- handelinq los te maken en de rekeninqen dadelijk nadat het verifica- tiebureau zijn rapport heeft uitqebracht, in de betrokken comnissie te brengen. Spreker zeat toe dat dit voor voloende jaren het aeval zal zijn. Het opmaken van de qemeenterekeninq is een wat moeilijker facet. Spreker kan niet beloven riat de rekenina 1974 de raad binnen een jaar na heden zal worden aanqeboden. De rekening 1973 is in april 1976 door de ontvanqer aanneboden; er wordt naar aestreefd dat in april 1977 te doen met de rekeninq 1974. De betrokken afdelinn is de afqelopen tijd noqal zwaar belast geweest met het beleidsplan, waardoor de rekeninq is blijven liaqen. Inderdaad voeren de raadsleden over de rekening zelden het woord, waardoor deze rekeninqen niet de belanqstellinq krijqen die ze in feite verdienen. Helaas volqt ook het verificatiebureau dezelfde tak- tiek als de qemeente en kent aan de rekeninqen qeen qrote prioriteit toe. Natuurlijk kan men wel op spoed aandrinqen bij het verificatie- bureaumaar dat bureau heeft meer dan 1000 klanten en zal waarschijn- lijk stellen dat zij de prioriteit van haar werk zelf wel zal benalen. Sprekerheeft echter qoede hooo dat wat de rekeninq 1975 betreft een belanqrijk stuk kan worden inqelopen in de termijn van indieninq; helaas echter zal die vervroeqinq niet meer voor de prioriteiten van het beleidsplan van nut kunnen zijn. De heer De Jonq zeqt ten aanzien van de opmerkinq van de wethou- der over het od het achterste plan schuiven van rekeninqen door de diverse instanties, dat hij toch van meninn is dat er, doordat wij nu qaan werken met een beleidsnota, beslist sprake is van een beleidsom- buiqinq. Daarmee zal men ook moeten zorqen dat de qegevens over be- paalde zaken zo snel moqelijk ter tafel komen. Hij heeft in dit ver- band in de commissie nog een sugqestie qedaan, namelijk of het niet moqelijk is eens een onderzoek in te stellen naar de monelijkheid om qebruik te maken van een uitzendbureau dat qespecialiseerd is in het bijwerken van qemeenterekeninqen. Wethouder Van Drooqe wil dat onderzoek qaarne instellen, maar is bijna zeker van het resultaat. Hij nelooft dat uitzendbureaus in het algemeen niet qespecialiseerd zijn in het opmaken van oemeenterekenin- qen. Het is hem wel bekend dat er ambulante ambtenaren zijn, die door het land worden qestuurd om in nood verkerende qemeenten wat admini- stratieve hulp te qeven. Maar dat qeldt dan soeciaal voor heel kleine qemeenten, die bijzonder onthand zijn door het uitvallen van een ambte- naar, en niet voor qemeenten van de qrootte van Heemstede, en noq min- der voor het opmaken van rekeninqen. Mevrouw Bernelot Moens meent dat derqelijke ambulante krachten wel deneijk te verkrijgen zijn via het bureau 65+, waarbij ook oud-qemeen- te-ambtenaren zijn aangesloten. Wethouder Van Drooqe zal het bureau 65+. als het mnneliik is. zeker inschakelen. Het ontwerp-besluit wordt zonder hoofdelijke stemminq vastgesteld. VIII. 9e wijziging beoalingen diensten gemeentereiniginq (volonr.ll) Het ontwerp-besluit wordt zonder hoofdelijke stemmina vastaesteld. 27 januari 1977

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1977 | | pagina 7