12 mei 1977
121
keuze van de systematiek die wij vanavond moeten gaan hanteren is oi
moet worden uitgegaan van het polarisatiemodel of van het harmonie-
modelNaar het oordeel van zijn fraktie is het in de situatne waar-
in wij nu verkeren juister om uit te gaan van het harmomemode,_om-
dat de redenen waarom wij destijds hebben gekozen voor het polarisa-
tiemodel bij de berekening van het collectieve oordeelvanavond
door de andere wijze van behandeling in feite vervuid zijn. Die re"
den was immers dat we de normale besluitvorningsprocedure van de raad
zo dicht mogelijk wensten te benaderen, ook in de berekemng van het
collectief oordeel. Nu we vanavond in feite met de besluitvormmg
bezig zijn en het rekenwerk alleen maar een hulpmiddei is geweest om
tot een voorbereiding voor vanavond te komen, meent zijn fraktie aa„
het juister zou zijn om uit te gaan van het harmoniemodelwant als
men nu als uitqangspunt voor onze diskussie het berekende poiansatie
model kiest, gaat men uit van een lijst waarin al een verborgen, al-
thans naar buiten toe, coalitievorming door middel van de berekemng
heeft plaats gevonden.
Mêt de stuurgroep is zijn fraktie van oordeel dat het juister is uit
te gaan van een gemiddelde van de 21 leden van de raad als diskussie-
basis, om vervolgens vanavond eventuele coalities te laten vormen om
de werkelijke prioriteit van de meerderheid van de raad vast te stel-
len. Daarmee vallen in principe voor haar de staten B en D afblijft
voor haar de keuze tussen A en C, de beide modellen waarbij wordt uit
gegaan van het harmoniemodelOfwel de keus tussen het uitgaan vande
prioriteitstel1ing tussen de projekten sec of van de projekten met
hun relatie die gelegd wordt tot de prioriteit die toegekend is aan
hun bijbehorende subdoelstellingOm een aantal redenen is zijn frâk-
tie van oordeel dat men thans alleen moet uitgaan van een prioriteit-
stelling tussen de projekten, zonder relatie te leggen met de aan de
bijbehorende subdoelstel ling toegekende prioriteit. Een aantal van
die redenen vloeit rechtstreeks voort uit haar standpunt uit het vei
leden, namelijk dat zij de prioriteitstelling tussen de doelstellin-
gen en de subdoelstellingen niet heeft aanvaard. Bij het opstellen
van de staten C en D is uitgegaan van een berekend collectief oordeel
van de raad over de subdoelstelling. Deze prioriteitstelling is door
de raad niet vastgesteld en kan derhalve naar haar oordeel niet ge-
hanteerd worden. Zij heeft destijds slechts ingestemd met het produ-
ceren van de lijsten C en D ten behoeve van een evaiuatie achteraf.
Zij acht het onjuist een staat als uitgangspunt te kiezen waarbij
een faktor is gehanteerd die als zodanig door de raad niet is aan-
vaard
Een volgende reden waarom zij meent dat er niet uitgegaan zou moeten
worden van C of D is dat naar haar oordeel in een aantal gevailen
projekten ten onrechte worden toegedeeld aan bepaalde subdoelstel1in-
gen. Zo is zij bijvoorbeeld van oordeel dat de projekten 11, 14 en 18
- verbetering van de Heemsteedse Dreef, verbetering van het wegdek
van de Kanaalweg en Havenstraat - niet thuishoren onder de doelstei-
ling van hoofdstuk III 01.02, de planmatige verbetering van het woon-
en leefmilieu in de wijken van Heemstede. Een ander voorbeeld is de
plaatsing van openbare toiletten onder de subdoelstel1ing "bijdrage
tot de realisering van een sluitend geheel van voorzieningen op het
gebied van lichamelijke en geestelijke gezondheidszorg".
Dit alles maakt het naar haar oordeel onmogelijk in dit stadium te