ARTIKEL 95
Van artikel 95, eerste lid, wordt het gestelde onder a vervangen door
a. ten minste 1 m indien het hoogteverschil tussen de betreedbare
oppervlakken aan weerszijden van de balustrade minder dan
13 m bedraagt;
ARTIKEL 101
Van artikel 101 wordt het vierde lid vervangen door:
4. Burgemeester en wethouders zijn bevoegd nadere regelen te
stellen in het belang van een doeltreffend en veilig vervoer van
personen in tot bewoning bestemde gebouwen met betrekking
tot de kooi-afmetingen, stopplaatsen, inrichting, snelheid, ver-
voercapaciteit en wachttijd van de in lid 1 bedoelde liften.
ARTIKEL 102
Van artikel 102 wordt het derde lid vervangen door:
3. Burgemeester en wethouders zijn bevoegd nadere regelen te
stellen in het belang van een doeltreffend en veilig vervoer
van brancards en huisraad in tot bewoning bestemde gebou-
wen, met betrekking tot de plaatsing, kooi-afmetingen, stop-
plaatsen, inrichting en vervoercapaciteit van de in lid 2
bedoelde liften.
ARTIKEL 105
Van artikel 105, zesde lid, wordt het gestelde onder a 4 vervangen
door:
4. wat betreft de eis van staande ramen, voor ramen van kamers
onder schuine dakvlakken met een helling van 28° of meer,
met dien verstande dat deze vrijstelling niet kan worden ver-
leend voor de ramen van de hoofdwoonkamer die voor de
berekening van de daglichttoetreding moeten worden mee-
gerekend.
ARTIKEL 106
Van artikel 106 worden het tweede en derde lid vervangen door:
2. Op een kamer of een keuken met een uitbouw zijn, indien de
uitbouw wat betreft de toetreding van daglicht als deel van de