Dit onderscheid in verschijningsvorm is in het bijzonder van
belang in verband met de eisen van brandveiligheid en ventilatie
die aan tot bewoning bestemde gebouwen worden gesteld.
Uit de begripsomschrijving van 'niet tot bewoning bestemd ge-
bouw' volgt dat onder dit begrip gebouwen (of gedeelten van
gebouwen) vallen, die niet dienen tot permanente bewoning maar
tot het verlenen van:
- tijdelijke dan wel periodieke huisvesting aan een gezin of een
daarmee gelijk te stellen groep van personen, dus woonketen
onderscheidenlijk seizoenwoonverblijven, zoals tenthuisjes, zomer-
huisjes en zomerwoningen;
- tijdelijke huisvesting (met gehele of gedeeltelijke verzorging)
dus logiesgebouwen, zoals hotels, logementen, nachtasyls, jeugd-
herbergen, vakantie- en conferentieoorden; ook nacht- en woon-
verblijven, als bedoeld in artikel 50 e.v. van het Veiligheidsbesluit
voor fabrieken of werkplaatsen 1938, vallen in deze categorie.
Min of meer verwant aan laatstgenoemde categorie zijn de gebou-
wen die dienen tot het verschaffen van (al of niet tijdelijke)
huisvesting en verzorging (al of niet met medische behandeling)
aan personen die ernstig in hun bewegingsvrijheid zijn belemmerd;
gebouwen dus, zoals verpleegtehuizen, ziekenhuizen, psychiatrische
inrichtingen, alsmede gevangenissen.
Voorts worden als 'niet tot bewoning bestemde gebouwen' aange-
merkt gebouwen die weliswaar dienen voor het verblijf van men-
sen, doch die niet tot huisvesting zijn bestemd, dus bedrijfsgebouwen,
zoals kantoren, fabrieken en winkels, alsmede gebouwen voor onder-
wijs en cultuur.
Een bijzondere plaats onder deze niet tot bewoning bestemde gebou-
wen wordt ingenomen door de 'voor publiek bestemde gebouwen'.
Onder dit begrip is een aantai categorieën van gebouwen opgenomen
waarvan de reikwijdte niet scherp is begrensd. In het algemeen
kan worden gesteld dat hieronder gebouwen kunnen worden gere-
kend, die van zodanig belang zijn voor de deelname van invaliden
aan het maatschappelijk verkeer, dat daarmee de geestelijke volks-
gezondheid is gemoeid. Als voorbeelden van de hier bedoelde ge-
bouwen kunnen worden aangegeven:
- gebouwen ter vervulling van wettelijke piichten of tot het uit-
oefenen van wettelijke rechten: gemeentehuizen, belastingkanto-
ren, gerechtsgebouwen, politiebureaus;
51