225
25 augustus 1977
eenkomstig zijn verzoek met ingang van 1 oktober 1977 ontslag is ver-
leend uit deze betrekking; dat de heer Kruitwaaen zeer grote verdiens-
ten heeft voor deze gemeente, waarvoor hij zich met grote bekwaamheid
en met zijn gehele persoon heeft ingezet; dat dit aanleiding geeft ter
gelegenheid van zijn afscheid de grote waardering en erkentelijkheid
van het gemeentebestuur tot uitdrukking te brenqen; gehoord het voor-
stel vandeburgemeestergelet op de verordening betreffende het toe-
kennen van erepenningen der gemeente Heemstede; besluit: aan nr.Joseph
Maria Kruitwagen voornoemd toe te kennen de gouden erepenning der ge-
neente Heemstede uit, erkentelijkheid voor zijn arbeid ten dienstevan
de gemeente Heemstede".
lets aan deze penning is niet voiledig: het raadhuis zonder de nieuw-
bouw, waaraan u zoveel uren hebt besteed". (applaus)
Secretaris: "Mijnheer de voorzitter, dames en heren leden van de
raad. Ja, hier sta ik dan. Ik herinner het me, uw voorzitter heeft me
er even bij geholpen, op 31 januari 1964 stond ik oök in het midden
van uw college, ecnter niet in deze zaal naar in de raadzaal van het
oude raadhuis en niet aan deze kant van de tafel maar aan de andere
kant en niet aan het eind van de vergadering maar aan het begin er-
van. Dat was toch wel iets gemakkelijkerDe toenmalige voorzitter -
ik heb er de notulen niet op noeven na te slaan; die notulen werden
toendertijd even goed verzorgd als thans - zei toen inderdaad: we
kennen u nog niet, we zullen wel zien hoe het wordt, u bent voor ons
nog een onbeschreven blad papier. En daar stond ik: nieuwsgierig wat
Heemstede ne zou brengen.. Een onbeschreven blad papier dient ervoor
om te worden beschreven en om te worden gebruikt. Ik ben derhalve
aan het werk gegaan en nu sta ik bijna 14 jaar later weer hier inuw
midden. Dat blad papier is nu inmiddels gebruikt er, beschreven. Ik
denk dat het wel wat gekreukeld is, dat er wel eens een scheur in
zal zijn gekomen, het is al beplakt en hier en daar zit er een le-
lijke vlek op, maar ik heb tot mijn genoegen gekonstateerd dat er
ook nog een gunstig gevo.lg is van het hebben van een siecht hand-
schrift, want dan is niet alles op dat blad papier te lezen en ge-
lukkig is daarom het oordeel van uw voorzitter over mij erg miid
uitgevallen. Ik ben u mijnneer de voorzitter uitermate erkentelijk
voor de fijne, goede en waarderende woorden die u tot mij gesproken
heeft. Ik ben vanzelfsprekend de raad zeer erkentelijk voor de koste-
lijke, prachtige onderscheiding die hij mij heeft toegekend. Ik waar-
deer dat heel bijzonder.
We hebben vanavond aan het begin van de vergadering gehoord dat als
iemand de voorqeschreven eden aflegt voor ae funktie van gemeentese-
cretaris - dat geldt ook voor andere eden - hij dan de woorden uit-
spreekt: "zo waarlijk helpe mij God almachtig". En die woorden hou-
den ook een bede in. Die bede, zo heb ik dat ook 14 jaar geleden ge-
voeld, is in zeer overvloedige wijze vervuid en u begrijpt dat ik
daar uitermate dankbaar voor ben.
Ondanks uw v/aarderende woorden ben ik me ervan bewust beslist niet
in aile opzichten een goed gemeentesecretaris te zijn geweest. Ieder
mens heeft nu eenmaal zijn eenzijdigheden, zijn goede kanten enzijn
minder goede kanten. Aan de andere kant, ik meen dat na zo'n 18 jaar
dit vak beoefend te hebben wei te mogen zeggen, is de funktie van
gemeentesecretaris niet alleen veelzijdig maar ook veeleisend. Ik ben
me er heei goed van bewust dat ik ongetwijfeld herhaalde maien deplank
mis zal hebben geslagen en bepaald regelmatig wei eens heb gefaald.