4e afd.
123
Heemstede ,27 september 1977.
Aan de Raad,
Ingevolge uw besluit van 26 november 1964, nr. 140, liggen de land-
goederen Ipenrode, Berkenrode, Mariënheuvel en Groenendaal binnen de
bebouwde kom ingevolge de Boswet.
De grens van de bebouwde kom ingevolge de Boswet heeft twee functies.
In de eerste plaats gelden de bevoegdheden van het rijk alleen bui-
ten de bebouwde kom, wat inhoudt dat de meldingsplicht terzake van
voorgenomen kappen van bomen en de herplantplicht die uit de Boswet
voortvloeit, geen werking hebben ten aanzien van houtopstanden bin-
nen de bebouwde kom en dat het rijk ten aanzien van die houtopstan-
den evenmin een kapverbod kan opleggen. In de tweede plaats zijn de
bevoegdheden van de provincie en de gemeente binnen de bebouwde kom
groter dan daarbuiten. De bevoegdheden van deze lichamen ten aanzien
van boutopstanden zijn namelijk binnen de bebouwde kom in principe on-
beperkt, maar betreffen daarbuiten slechts de alleenstaande bomen, de
kleine bosjes, bedoeld in artikel 5, tweede lid, der wet en overigens
atle houtopstanden die niet behoren tot een bij het Bosschap geregis-
treerde bosbouwonderneming.
Het vorenstaande impliceert dat het rijk geen subsidie op grond van
de Boswet verleeet voor herstel etc. van bossen binnen de bebouwde
kom.
Met het °og op het laatste is het o.i. gewenst bovengenoemde land-
goederen buiten de bebouwde kom te brengen; zou dit niet gebeuren, dan
zou de gemeente b.v. geen rijkssubsidie kunnen krijgen voor het aan-
leggen van parkeerplaatsen etc. in Groenendaal, waarvoor een plan in
voorbereiding is.
Wij geven u derhalve in overweging overeenkomstig bijgevoegd ontwerp-
besluit met bijbehorende kaart over te gaan tot het opnieuw vaststellen
van de 9i-ens van de bebouwde kom. Dit ontwerp-besluit en die kaart heb-
ben overeenkomstig het bepaalde in de Boswet met ingang van 19 augustus
j.l. gedurende 30 dagen ter secretarie voor een ieder ter visie gelegen;