309 15 deceinber 1977
Daaraan zouden taken moeten worden toebedeeld waarvoor de gemeenten
afzonderlijk een te gering draagvlak bezitten. Een voorbeeld daarvan
is de overdracht van bepaalde taken op het terrein van het milieube-
leid.
Wat is er nu in de afgelopen periode van overdracht van taken terecht
gekomen mijnheer de voorzitter? En daarmee, wat is er terecht gekomen
van het werkelijk inhoud geven aan ons gewest? Ik meen te mogen zeggen
nog maar zeer weinig. Slechts ëén of twee hete aardappels, zoals vuil-
verwerking en plaatsing in bejaardenoorden en een enkele studieopdracht
(planologie en volkshuisvesting) zijn door alle deelnemende gemeenten
aan het gewest overgedragenDe overdracht van milieutaken volgens een
gefaseerd programma, zoals dat al in februari 1975 unaniem door de Ken-
nemerraad is aanvaard, komt maar niet van de grond. De gemeente Bloe-
mendaalalthans het college van burgemeester en wethouders, weigert
vooralsnog deze door het geivest voorgestelde overdracht en de gemeente
Haarlem doet wel een principe uitspraak, maar steeds duidelijker lijkt
te worden dat de politieke en bestuurlijke wil om tot taakoverdracht
te komen kennelijk niet groot genoeg is om ook bij binnengemeentelijke
tegenwind tot daadwerkelijke overdracht te komen.
Een gemeente als Bennebroek weigert mee te betalen aan een gewestelijke
milieufilm en alweer Bloemendaal besluit-.zich terug te trekken uit een
regionale muziekschool om een eigen school te gaan oprichten en wieweet
wat Bennebroek in deze doet. Van het inbouwen van bestaande gemeenschap-
pelijke regelingen in het nieuwe gev/est wordt nog maar bijzonder weinig
vernomen. Het uniformeren van lozingsverordeningen ligt stil. En zo kan
ik nog wel een tijdje doorgaan.
Ik ineen te mogen stellen dat de gemeente Heemstede aan deze ontwikkelin-
gen geen schuld heeft, behalve dan misschien in het onvoldoende aandrin-
gen op verdere ontwikkeling van het gewest. Tot nog toe heeft deze ge-
meente steeds positief gereageerd op voorstellen vanuit het gewest en
zij is ook zelfs bereid geweest te accepteren dat bij meerderheidsbeslis-
sing van ae deelnemende gemeenten gekomen zou kunnen v/orden tot gedwon-
gen taakoverdracht. Helaas ook dat voorstel heeft het bij een aantal
deeinemers in het gewest niet mogen haien.
Een tweede punt van zorg betreft de uitbreiding van het gewest met de
IJmondgemeenten en eventueei met Hillegcm. Met grote teleursteliing
neemt mijn fraktie kennis van diskussies daarover in de IJmondgemeen-
ten, niet in de iaatste plaats helaas ook afkomstig van poiitieke geest-
verwanten aidaar. Wij betreuren het dat wel verwacht wordt dat het ge-
west Kennemerland mee in de bres springt voor bv. de bebouwing in de
Velserbroekpoider, die er zonder steun vanuit Kennemerland nooit geko-
men zou zijn en voor de afwijzing van een voorhaven, maar dat een ech-
te deelname van de IJmond aan het gewest nog steeds niet lijkt te wor-
den gerealiseerd.
Op grond van deze ontwikkelingen kcmen wij tot de overtuiging dat we
iets zouden moeten doen. Een lijdeiijke houding aannemen, lijkt ons on-
aanvaardbaarzeker nu volstrekt duidelijk is geworden dat een reor-
ganisatie van het binnenlands bestuur, waarin opgenomen de miniprovin-
cie Kennemerlandnog jaren op zich zai laten v/achten (wat ik overi-
gens niet betreur). Dat legt naar mijn oordeelde verantwoordeiijk-
heid voor een goede bestuurlijke samenwerking in onze regio weer volle-
dig bij de gemeentebesturen, voorzover die daar niet al lag.
Het enige wat wij op dit moment als raad kunnen doen is onze bezorgheid
uitspreken en oproepen tot verdere ontwikkeling en uitbreiding van het