16 december 1977
bijstellen en terugnemen. Spreker is dan geneigd eerder te denken aan
bijvoorbeeld een publikatie over de uitleg van de A.P.V.-bepalingen.
De voorzitter is bereid de suggestie van de heer Baar in het forum
dat we daarvoor hebben nog eens aandacht te geven. Spreker neemt aan
dat we ook op dit punt alert blijven voor nieuwe oplossingeri.
Punt 10.
De heer Jager brengt naar voren dat er volgens schattingen in Heem-
stede 40 tot 50 inrichtingen zijn die, hoewel ze onder de Hinderwet zou-
den moeten vallen, niet over een Hinderwetvergunning beschikken. Hij
vindt dat een verontrustend hoog percentage van op een totaal aantal
van 200 bedrijven die thans wel over een vergunning beschikken, waar-
van bovendien ook vaststaat dat velen daarvan niet meer over een adekwa-
te Hinaerwetvergunning beschikken, omdat er in jaren niets aan kontrole
is gedaan en de ervaring landelijk leert dan dat na zo'n lange periode
de bestaande inrichting niet meer wordt gedekt door de oude vergunning.
Uit de nadere informatie biijkt dat de afgelopen jaren ongeveer 175man-
uur is besteed aan het werken voor.de Hinderwet, terwijl dat eigenlijk
zo'n 1000 uur per jaar zou noeten zijn. Inmiddels heeft spreker begre-
pen dat de personeelsbezetting van de desbetreffende afdeling van het
gemeentelijk technisch bedrijf uitgebreid is. Dit is een voorbeeld van
personeelsformatieplanning, waaruit blijkt hoe belangrijk het is dat
ook de raad op dit soort zaken attent is. Hieruit blijkt een doelstel-
ling die men eventueel zou kunnen formuleren, dat het adekwaat toepas-
sen van de Hinaerwet automatisch tot gevoig moet hebben, als men kon-
sekwent wil docrredenereneen uitbreiding van de personeelsbezetting.
Hij weet niet op welke wijze dit is gebeurd, daar wil hij zich ook niet
mee bemoeien. Het feit dat die personeelsbezetting is uitgebreid, die
het nu mogelijk maakt om de 1000 uren wel te gaan halen, wijst op de
terechtheid van de disk.ussie ten deze van gisteren.
Sprekers fraktie is verheugd dat nu beter en aktiever de hand gehouden
zal gaan worden aan de Hinderwet. Zij gelooft dat dit belangrijk is,
ook om duidelijk te maken aan andere overheden, dat de gemeenten in
staat en bereid zijn hun verantwoordelijkheid voor de toepassing van
die wet te dragen. Anders zal er ongetwijfeld een beslissing komen van
de rijksoverheid om belangrijke delen van de taak van de gemeenten op
het gebied van de Hinderwet over te hevelen naar de provincie. Spreker
meent dat dit voor heo dicht bij de burger uitoefenen van taken een
kwalijke zaak zou zijn, met name ais het nu juist de Hinderwet betreft,
die veelal op kleinschalige zaken van toepassing is en alleen voor zeer
grootschalige zaken thans al in veel gevallen naar de provincie is over-
aeheveld. Zijn fraktie is ook blij met de toezegging van de wethouder
in de commissievergadering, dat het op te stellen aktiviteitenplan voor
de periodieke kontrole op Hinderwetvergunningen in de commissie aan de
orde zal worden gesteld. Wel wil spreker graag vernemen of het college
inderdaad van plan is te zoeken naar mogelijkheden om de huidiqemilieu-
controleurs in zekere mate, wellicht voorzover nodig, bijscholing te
geven, cm ze in elk geval een signalerende rol te kunnen laten spelen
ten aanzien van Hinderwetplichtige inrichtingen.
De heer Van der Wal deelt mede dat zijn fraktie de kontrole op de
Hiriderwetregels van harte ondersteunt. Zij is van mening dat het ook-
een vorm van welzijn is als men aktief hinder voorkomt en voorzover die
aanwezig is tracht te beperkeri.