2e afd. 26 januari 1978 2
namelijk die van de geleidelijkheid en overtuiging, een efficiënter op-
gezette organisatie van de drinkwatervoorziening in Noord-Holland te
berei ken.
Zoals in de conclusie van de nota tot uiting komt, zullen wij gaarne
met alle daarvoor in aanmerking komende belanghebbenden, het overleg
voortzetten c.q. openen om de in het hierbij overgeiegde stuk ontwik-
kelde gedachten gestalte te kunnen geven.
In hun brief van 17 september 1974 hebben Gedeputeerde Staten zich tot
de eigenaren van waterleidingbedrijven in Noord-Holland gewend met het
voorstel om een bestuurlijk overlegorgaan in het leven te roepen om
zich over de reorganisatie te beraden.
Tevens wordt in bovengenoemde brief voorgesteld een technische werk-
groep organisatie waterleidingbedrijven in te stellen om het bestuur-
lijk overlegorgaan bij te staan en te adviseren. Deze werkgroep heeft
onder meer als taakstelling:
Na te gaan welke mogelijkheden aanwezig zijn om binnen de provincie
te komen tot een concentratie van drinkwaterbedrijven, zoals beoogd
in het Ontwerp van Wet tot wijziging van Hoofdstuk III van de Water-
leidingwet en de daarbij behorende Memorie van Antwoord en het Eind-
verslag.
Aan te geven welke mogelijke concentratie(s) daarbij de voorkeur ver-
dien(t) (en) op grond van technische overwegingen, dan wel overwegin-
gen de doelmatigheid van de (bestuurlijke) bedrijfsvoering betreffende,
of andere overwegingen welke voor een besluitvorming van belang kunnen
worden geacht.
Nadat op 1 november 1975 de wijziging van de Waterleidingwet, waarbij
een nieuw hoofdstuk III "Reorganisatie van de openbare drinkwatervoor-
ziening" werd ingevoerd, van kracht was geworden, verzocht de provin-
cie in januari 1976 de betrokken instanties hun mening kénbaar te ma-
ken over de uit 1974 daterende vervolgnota. Over deze nota had echter
nimmerzoals toch de bedoelinq was geweest, overleg plaatsgevonden
binnen het door de provincie in leven geroepen, doch niet tot activi-
teiten gekomen bestuurlijk overlegorgaan. Nadat de provincie daarop
van diverse zijden waaronder van ons college gewezen was, werd dit
overleg alsnog geopend, hetgeen uiteindelijk geresulteerd heeft in
het in december 1976 aangeboden "Plan tot reorganisatie van de drink-
watervoorziening in de provincie Noord-Holland"waarin ook de