13 mei 1978
96
punt s, dat op dezelfde doelstelling betrekking heeft. Daar aaat het
met name over de woorden "zoveel mogelijk voorkomen van schoicsgewijze
aanpassingen". Hij doet daarom het voorstel de redaktie van doelstel-
ling 03.02 (punt r) als volgt te doen luiden: "het zo rechtvaardig mo-
gelijk, bij voorkeur naar draagkracht, over de bevolking verdelen van
de lasten en het zoveel mogelijk voorkomen van schoksgewijze aanpassin-
gen"
De heer Van Amerongen deelt mede dat zijn fraktie zeker voelt voor
de door het O.D.A. naar voren gebrachte toevoeging.
De heer Van der Wal deelt mede dat het "bij voorkeur naar draag-
kracht" bij zijn fraktie bezwaar ontmoet. Hij verzoekt dan ook om hoof-
delijke stemming.
De voorzitter brengt het amendement van het C.D.A. en P.H. in stem-
ming. Uit de gehouden stemming blijkt dat 12 stenmen voor en 8 stemmen
tegen het amendement zijn uitgebracht, zodat het amendement is aanvaard.
Tegen het amendement stemden de heer Van der Walmevrouw 3ierman, de
heer Lugard, mevrouw Snoep, mevrouw Bernelot Moens, de heren Kaptein,
Kettenis en Reeringh.
De voorzitter stelt thans aan de orde de punten t en u, 03.02.01.
De heer Baar deelt mede dat zijn fraktie zich aansluit bij het voor-
stel van P.H., met name voor v/at betreft: "eventuele lastenverhoging
bij voorkeur realiseren door verhoging van de onroerend-goedbelasting".
Zij heeft tegen het resterende deel van deze subdoelstelling ook geen
bezwaar, maar vraagt zich af of dat in feite al niet valt onaer het be-
grip van de hoofddoelstelling "het zo rechtvaardig mogelijk verdelerivan
de lasten".
De heer Van Amerongen zegt dat zijn fraktie met: "Indien dit niet
meer mogelijk is de lastenverzwaring zodanig over de verschi11erde hef-
fingen verdelen, dat een zo billijk mogelijke lastenverdeling ontstaat"
bedoelt, dat men op een gegeven ogenblik niet verder kan gaan met het
verhogen van de onroerend-goedbelasting omdat daar wettelijke maxima voor
gelden en dan zal men, als men daarna nog extra middelen nodig heeft, an-
dere wegen moeten zien te vinden om aan extra middelen te komen. Daarvoor
geldt dus deze formulering, dat men in die situatie probeert de laste.nver-
zwaring zodanig over de verschillende heffingen te verdelen dat een zobil-
lijk mogelijke lastenverdeling ontstaat.
De heer Van der Wal heeft geen behoefte aan het voorstel sub u, op
grond van de motivering die hij al gegeven heeft en dat hij behoefte heeft
aan handhaving van sub t.
De voorzitter konstateert dat de raad zich ermee kan verenigen, dat
punt t vervalt en dat overeenkomstig punt u wordt besloten, met dien ver-
stande, dat de V.V.D.-fraktie geacht wenst te worden te hebben tegengestemd
De voorzitter stelt nu aan de orde punt v, 03.02.02.
De heer Van Amerongen merkt op dat de tekst thans luidt: "Bij het hef-
fen van rechten en retributies uitgaan van een minimale dekking van 60%
van de reëla kosten". Als men zo'n subdoelstelling in het beleidsplan heeft
opgenomen dan heeft men eigenlijk een stuk flexib'iliteit, waarover men kan
beschikken bij het voeren van het financiële beleid, overboord gezet.
Hij ziet niet in waarom men afspreekt met elkaar dat men gaat werken met
een dekkingspercentage van 60%. Ook die 60% is natuurlijk volkomen arbitrai