18 mei 1978
98
De heer Jager zegt dat de motivering van de heer Van Amerongen dui-
delijk aangeeft dat als men dit uitspreekt men in feite in strijd komt
met de doelstelling die is uitgesproken: "het bij voorkeur eerst verho-
gen van de onroerend-goedbelasting"Nu staat er: "regelmatig bijsteller,
van de rechten", dus bijvoorbeeld ook de rioolrechten.
De voorzitter schorst de vergadering te 21.58 uur en heropent deze
te 22.00 uur.
De heer Van Amerongen stelt voor de subdoelstelling zo te formuleren
dat "het regelrratig bijstellen" wel zal gelden voor de retributies en
leges maar niet vcor de rechten. Dus dan komt er te staan: "Het regelraa-
tig bijstellen van de gemeentelijke retributies en leges".
De heer Van der Mal vraagt om een nadere omschrijving van het begrip
"rechten" en "retributiés".
De voorzitter zegt dat retributies rechten zijn van een bijzonder ka-
rakter. Een verschil tussen retributies en leges is er nauwelijks, maar
er zijn nog meer rechten dan alleen retributies.
De heer Van Amerongen heeft de indruk dat dan ook de retributies moe-
ten worden geschrapt.
Als daar het rioolrecht ookonder valt dan is het duidelijk dat dit dan
ook geschrapt moet worden. Dus dan blijft er staan: "het regelmatig bij-
stellen van de gemeentelijke leges".
De voorzitter konstateert dat de tekst dan komt te luiden: "Het regel
matig ïïijstellen van de gemeentelijke leges".
De fraktie van de heer De Jong gaat met deze inkorting van de redakti
van deze subdoelstelling akkoord
De heer Van der Wal deelt mede dat zijn fraktie zich hiermee niet kan
verenigen.
Overeenkomstig de door de P.H.-fraktie voorgestelde fcrmulering wordt
besloten, onder aantekening dat de V.V.D. geacht wenst te worden te heb-
ben tegengestemd.
De voorzitter stelt aan de orde punt ae, 04.02.05.
De heer Borghouts zegt dat het bij deze subdoelstelling "het waar mo-
gelijk creëren van deeltijdfunkties" gaat om een uitgangspunt van een per
soneelsbeleid, een politieke keuze dus. Als iemand zegt dat er aan de or-
ganisatorische kant wel wat moeilijkhedenvastzitten, dan zal hij dat
niet tegenspreken. Om daarover diskussie te voeren heeft men nu juist de
nota personeelsbeleid nodig. Dat is het uitgangspunt en spreker heeft be-
grepen dat de wethouder in zijn concept-nota personeelsbeleid nog een ope
bladzijde heeft, om datgene in te vullen wat hij over de deeltijd-arbeid
wenselijk acht. Sprekers fraktievoorzitter heeft dit onderwerp geplaatst
in het kader van het emancipatiebeleid. Soms hoort men geluiden die de
richting opgaan dat men bang is dat dit soort zaken wel eens het huwe-
lijk als hoeksteen van de maatschappij weg zou kunnen doen vagen, althans
het kan een begin zijn. Zijn fraktie deeit die mening niet. Als men die
mening is toegedaan kan men ook op andere aspekten wijzen. Eën aspekt is
bijvoorbeeld dat mensen zich ook v/ensen te ontplooien op andere wijzedan
in het dagelijks werk. Dat elk dagelijks werk zelfontplooiing mogelijk
maakt, daarover bestaan ook twijfels. Nog een aspekt is dat deeltijd-ar-
beid wellicht kan bijdragen tot een - op gemeentelijk niveau natuurlijk
bescheiden - bijdrage aan de oplossing van de werkloosheid. Het is duide-
lijk dat het kommentaar van het college op de subdoelstelling van zijn
