13 mei 1978
100
reweg de voorkeur aan gegeven hebben als al deze elementen in ëén subdoel-
stelling ten aanzien van openbare verlichting zouden zijn geformuleerd.
Dan hoeft het ook niet zo uitgebreid. Zij heeft er geen behoefte aan nu
een nieuwe redaktie voor te stellen, naar zal volgend jaar ongetwijfeld
een voorstel doen om er ëén subdoelstelling van te maken, want op deze ma-
nier kan men vele zaken gaan splitsen over allerlei hoofdstukken.
De voorzitter konstateert dat de raad zich rnet alle onderdelen van sec-
tor II kan verenigen, zodat dienovereenkomstig wordt besloten.
De voorzittQr stelt vervolgens aan de orde sector III, ruimtelijke or-
dening en voTksïïuisvesting.
Hij merkt ten aanzien van punt ay, 02.01.01, op dat deze luidt: "Het ves-
tigen van verkeersaantrekkende objekten en funkties, ook sportakkommoda-
ties, in centrale vestigingsgebieden"
Deze subdoelstelling is eigenlijk niet goed geformuleerd, want er zou ook
uit gelezen kunnen worden dat de doelstelling zou zijn om verkeersaan-
trekkende objekten aan te trekken en dat is natuurlijk niet de bedoeiing.
Het is de bc-doeling dat waar er objekten of funkties gaan ontstaan - dat
kan bijvoorbeeld een bibliotheek of een sportzaal zijn - en die men w"1
inv/even in de struktuur van Heemstede, dat daar een lokatie voor zou moe-
ten worden gezocht die reeds een centraal vestigingsgebied is en daar-
door faciliteiten heeft die men anders nog eens opnieuw zou moeten maken.
De heer Borghouts merkt op dat als men denkt aan centrale vestigings-
gebieden, men meteen denkt aan het centrum en ook aan de Burgeineester van
Lennepweg. Hij heeft in de commissie gevraagd of men er aan denkt daar
ook een sporthal te plaatsen. Het antwoord was bevestigend.
Als het die kant opgaat dan heeft hij er volstrekt geen behoefte aan.
De heer Van der Wal vraagt wat een centraal vestigingsgebieri is. Isdat
alleen het centrum van Heemstede of is dat ook de randkant? Met hoofddoel-
stelling 1 komt men ook zonder deze subdoelstelling een heel einc. Hij is
daarom geneigd te zeggen geen behoefte te hebben aan deze subdoelsteling
De heer Van Vlijmen verstaat onder centraal vestigingsgebied bijvoor-
beeld ook het gebied rond het station. Het kan heel nuttig zijn om bepaal
de voorzieningen dicht bij aanvoerlijnen van openbaar vervoer te plaatsen
Hij meent dat dit wel degelijk een doelstelling is.
De voorzitter konstateert dat punt ay onvoldoende door de raad worot
gesteundzodat het is verworpen, met dien verstande dat de C.D.A.-frak-
tie aantekening wenst vôôr deze subdoelstel1ing te hebben gestemd.
De heer Van Vlijmen stelt inzake punt ba, 02.02, voor dit punt in de
tekst aan te vullen zodat het komt te luiden als volgt: "Het bij voorkeur
realiseren van laagbouw; bij het realiseren van gestapelde bouw de hoog-
te in principe beperken tot 4 bouwlagen; vooral ook bij afwijking van
dit principe toepassen van bouwnoogten die de omgevingskwaliteiten van
de lokatie geen geweld aandoen".
De voorzitter zegt dat de indruk zou kunr.en worden gewekt cat dit
laatste alleen geldt voor de afwijkingen.
De heer Van Vlijmen heeft geformuleerd: "vooral ook bi^ afwijkingen".
Dus dat geldt ook in andere gevallen, maar vooral bij afwijkingen van
dat principe zou het ook moeten gelden.
De voorzitter is toch bang dat er een contrario-redenering aan zou
kunnen worden ontleend.