107
18 mei 1978
ging van bodem, water en lucht tot het technisch mogeiijke en economisch
haalbare mveau". Zijn fraktie heeft oorspronkelijk voorgesteld daar aan
toe te voegen: waarbij in geen geval algemeen erkende normen mogen wor-
den overschreden"Het college geeft daarop als kommentaar dat het begrip
algemeen erkende normen" te vaag is. Zijn fraktie heeft toen in de com-
SSi1ei ^-oe9eze9d dat zij een poging zou doen een nieuwe formulering voor
dat algemeen erkende normen" te vinden. Die nieuwe formulering luidt:
het terugdringen van de verontreiniging van bodem, water en lucht tot
het technisch mogelijke en economisch haalbare niveau, zonder dat echter
in afwachting van wettelijke regels over normstelling, de normen die de
njksoverhaid dan wel de provincie adviseert te hanteren, worden over-
schreden"
De achtergrond van dit alles is een zeer wezenlijke. Als men alleen maar
uitspreekt dat het terugdringen van die verontreiniging moet worden te-
ruggebracht tot het technisch mogelijke en economisch haalbare niveau,
zou dat met zich kunnen meebrengen dat toch bijvoorbeeld gezondheidsnor-
men, die geadviseerd zijn door de Gezondheidsraadnog worden overschre-
den. Het moet op een gegeven moment mogelijk zijn in het belang van de
mi1îeu-hygiëne en de volksgezondheid te besluiten een bepaalde aktiviteit
met toe te staan, omdat de norm wordt overschreden en het technisch en
economisch niet haalbaar is zodanige voorzieningen aan het betreffende
produktieproces te treffen dat die norm niet overschreden wordt. Het is
een wezenlijk onderdeel van een rnilieu-hygiënisch beleid om die twee ele-
menten erin te brengen. Het uitgangspunt is om een bepaalde norm - die
door de Gezondheidsraad wordt geadviseerd en die de regering heeft over-
genomen, maar die gedeputeerde staten dan vervolgens meestal ook overne-
men - niet te overschrijden en vervolgens ook daarbij te streven naar
een technisch en economisch zo laag mogelijk niveau van verontreiniging,
omdat zo weinig mogelijk vervuiling natuurlijk een algemene doelstelling
Mevrouw Bierman zegt dat haar fraktie zich met het voorstel van P.H.
u v®reni9^nZij voegt eraan toe dat afwijking van door de rijksover-
heid dan wel provincie geadviseerde normen tenminste in de commissie aan
de orde gesteld zal moeten worden.
0°k de fraktie van de heer De Jong gaat akkoord met het P.H.-voorstel
De voorzitter konstateert dat de raad zich met het P.H.-voorstel kan
verenigen, zodat dienovereenkomstig wordt besloten.
De voorzitter stelt vervolgens aan de orde een projekt-voorstel van
P.H., nnzake Hinderwetplichtige bedrijven. Het coiiege heeft daar een na-
dere formulering op gegeven.
De heer De Jong vraagt zich af of deze tekst wel kan in ëén projekt,
want het gaat eigenl i jk om tv/ee dingen. In de eerste plaats het inventari-
seren van bedrijven en inrichtingen die onder de werking van de Hinderwet
vallen, waarna periodiek gekontroleerd dient te worden of deze bedrijven
en înrichtingen de gestelde of nog te stellen voorwaarden naleven. Men
zou kunnen stellen dat zoia.ng men aan het inventariseren is, de kontrole
op een lagere prioriteit komt en het lijkt hem dat dit niet de bedoelinq
îs. 3
De heer Jager zegt dat er inderdaad twee elementen inzitten, die ech-
ter in een groot aantal gevallen gelijktijdig plaats kunnen vinden. In
sommige gevallen zal het inderdaad later plaats moeten vinden. Er zal na-
melijk bij de inventarisatie van deze bedrijven blijken dat het merendeel