1 december 1978
388
Huijbregts op beleidsintentie 19, waarin staat dat de oplossing voor
deze kategorie bij voorkeur gerealiseerd zal worden in de betaalbare
huursektor. Voor wat betreft de afweging die zal plaatsvinden voor het
terrein van de Sint Jozefschool merkt hij op dat de voorzitter heeft
medegedeeld dat opdracht is gegeven om te bezien of bedrijven beneden
en wooneenheden boven kunnen konen en dat daar een uitwerking van komt.
Spreker heeft een even keurige uitwerking gevraagd van het aiternatief,
want het moet mogelijk zijn op basis van gelijkwaardige gegevens die
beslissing te nemen.
De voorzitter dacht dat het voorshands een principiële afweging was.
De heer Borghouts zegt dat het ook gaat om de behoeften, de mogelijk-'
heden in de regio e.d. Dat zijn gegevens die hij graag wil hebben.
De voorzitter gaat daarmee akkoord.
De heer Huijbregts merkt op dat in de beleidsintenties inderdaad
staat: bij voorkeur gerealiseerd in de betaalde huursektor. Hij legtdan
even het accent op "bij voorkeur" en meent dat dit juist was. Zijn frak-
tie is er ook niet tegen dat in de woningwetsektor of in de premiesektor
dit soort woningen verschijnen, integendeel, zij wijst er alleen op dat
die behoefte ook in de koopsektor aanwezig is en dat in die kategorie
ook voorzien dient te worden.
Punt 21.
De heer Arnoldy vindt deze vraag zeer juist. Zijn fraktie is verbijs-
terd door het antwoord van het college. Het lijkt haar volledig onaccep-
tabel dat in 1977 een opdracht wordt gegeven die in 1978 nog niet wordt
uitgevoerd. Hij vraagt of hij hieruit moet begrijpen dat het desbetref-
fende bedrijf intussen heeft opgehouden te bestaan of anderszins, want
een wachttijd van twee jaar na een opdracht lijkt niet meer van deze
wereld.
De heer Weeteling neemt aan dat als dat onderzoek heeft plaatsgevon-
den het de bedoeling zal zijn dat het resultaat van dat onderzoek be-
spreekbaar wordt in de commissie om nog eens te bezien of het effekt
van dat onderzoek inderdaad zo volledig bereikt wordt, dat men kan zeg-
gen dat het een nuttig onderzoek is geweest en dat men er bij wijze van
spreken mee door zou inoeten gaan.
Wethouder Baar antwoordt dat het college mêt de heer Arnoldy verbijs-
terd is geweest over deze gang van zaken. Nader overieg heeft aan het
licht gebracht dat op een gegeven mornent de verkeerstoren van Schiphol
bijzonder boos is geworden omdat er bijna een ongeluk was gebeurd tussen
een vliegtuig van K.L.M.-Aerocarto en een buitenlands verkeersvliegtuig.
Toen zijn er op een gegeven mornent vanuit Schiphol allerlei beperkende
bepalingen gekomen, die ertoe hebben geleid dat deze luchtfoto's nog
steeds niet zijn gemaakt. Er is intussen dringend met K.L.M.-Aerocarto
gesproken waaruit naar voren is gekomen dat er thans mogelijkheden zijn
om te veronderstellen dat het in 1979 wel zal gaan piaatsvinden.
Het resultaat van het onderzoek zal ook ter kennis worden gebracht van
onder andere de commissie g.t.b. en waarschijnlijk ook de commissie mi-
lieu, waarna kan worden bekeken welke maatregeien getroffen zullen en
kunnen worden.
Punt 29.
De heer Weetelinq zegtdat bij het nalezen van deze vraag van de
C.D.A.-fraktie zijn fraktie het gevoel kreeg zich op bekend terrein te