7rii t,
389 1 december 1978
bevinden. In dit verband brengt hij in herinnering dat zijn fraktie al-
tijd gepleit heeft voor een ophaalfrekwentie van tenminste 6 keer per
jaar voor grof vuil en dat zij de verlaging tot 4 keer per jaar louter
en alleen heeft beschouwd als een twijfelachtig experiment. Met het ant-
woord van het college in de hand komt zij tot de bevinding dat haar vrees
over een niet onverdeeld yunstige afloop van het experiment bewaarheid
wordt. Zij vraagt zich af of de beoogde bezuiniging, waarover ook in
het antwoord wordt gesproken, die ten grondslag lag aan het terugbrengen
van de ophaalfrekwentie, nu al niet is achterhaald door de problemen die
met name bij het g.t.b. zijn ontstaan. Zij laat daarbij in het midaen
welk ongunstig neveneffekt deze maatregeldus het terugbrengen van 6
naar 4, op ons milieu kan hebben gehad. Zij vindt het nu echter niethet
juistemoment om met voorstellen te komen om de oorspronkelijke 6 keer op-
halen in ere te herstellen. In dit verband is zij bereid de komst van de
al aangekondigde huisvuilnota af te wachten en na diskussie over die zaak
zal zijn fraktie haar definitief standpunt bepalen.
Wethouder Baar gelooft ook dat het verstandig is het experiment nog
even te laten voortduren, zodat het college in de gelegenheid is om inhet
kader van de behandeling van de nota huisvuil en tegelijkertijd ook in
het kader van de heroverweging van het beleid, de zaak nader onder ogen
te zien.
Punt 30.
Mevrouw Noorman merkt op dat haar fraktie ernstig bezorgd is over de
snel verslechterende toestand van wandelbos GroenendaalZij acht het
noodzakelijk dat op korte termijn met de renovatie aangevangen kan wor-
den. Zij verzoekt het college dan ook alles in het werk te stellen om
schot in de zaak te krijgen, opdat de voorstellen zo spoedig mogelijk
aan de commissies kunnen worden voorgelegd.
De heer Hofland is uiteraard blij dat in het vroege voorjaar het ont-
werp-beheersplan zal verschijnen. Inzake de laatste zin van het antwoord
van het college: "Onderzocht zal worden of vooruitlopend op dit plan
reeds een aanvang gemaakt kan worden met de opheffing van het belangrijk-
ste knelpunt, te weten de parkeervoorziening"merkt hij op dat zijn frak-
tie het mogelijk acht dat als men de zaak letterlijk neemt zoals die hier
staat, het in strijd zou kunnen komen met het ontwerp-beheersplan, dat
over enige maanden verschijnt.
Wethouder Reeringh antwoordt dat de planning die ten grondslag ligt
aan het wandelbos Groenendaal al lang duurt. De parkeersituatie verslech-
tert snelEen plan ter oplossing van de parkeerproblenatiek is gereed.
De realisatie wacht nog op de beantwoording van de vraag of terzake even-
tueel subsidie te verkrijgen valt en op de vraag wat de gemeente aan fi-
nanciële middelen zou derven als dat parkeerplan versneld wordt uitge-
voerd. Dat laatste is thans bij het g.t.b. in onderzoek en daarover wordt
op korte termijn een uitsluitsel verwacht. Spreker meent dat de vrees
van de heer Hofland, dat eventuele realisering van een parkeeroplossing
in strijd zou komen met het te naken beheersplan, niet zo reëelgenoemd hoeft
teworden. Het coljege heeft daar althans van Staatsbosbeheer en van het
g.t.b. nog nooit signalen over ontvangen. Mocht dat wel zo zijn dan ver-
noedt hij dat het slechts op een onderdeel bijgesteld zou noeten worden.
Als mevrouw Noorman met snel verslechterende toestand ook de situatie
van het bos zelf bedoelt, dan gaat het over een iets ander kader. Ook
dat is onder andere door Staatsbosbeheer destijds al eens toegelicht.
Deze is het met de kwalifikatie "snel verslechterend" in beginsel wel
