396 Wethouder Reeringh: "Dat spreekt vanzelf". Punt 37. Mevrouw IJsselmuiden is blij met het antwoord maar voegt eraan toe te hopen dat ëën en ander spoedig zijn beslag zal vinden en dat dit dan ook aan het onderwijs doorgegeven vrardt zodat nen weet waar men aan toe is. De heer Borghouts sluit zich bij de woorden van nevrouw IJsselmui- den aan. Als blijkt dat de aanvullende vergoeding van het rijk minder zal zijn dan in de macro-economische verkenningen staat - die gaat, naar hij meent, uit van een prijsstijging van 4J2 - dus een minder of mis- schien zelfs geen aanvullende uitkering, dan zou hij graag daarvan ook in de onderwijscommissie op de hoogte worden gesteld, want dan zou toch eens bekeken kunnen worden tot welke konklusies dat leidt in verband met de nu gestabiliseerde doorberekening in de begroting. Wethouder Reeringh gaat net het verzoek van beide sprekers akkoord. Punt 40. De. heer Arnold.y zegt dat deze vraag eigenlijk werd ingegeven door het feit dat hij van het college een schrijven ontving van 15 november, waar- in een aantal verhogingen van inkomsten en uitgaven werden aangegeven die invloed zouden hebben op de beoordeling van de begroting. De semi- permanente aula van de Bronsteeschool was niet opgenomen in de opstellin- gen. Het antwoord bevredigt hem op zichzelf wel en hij begrijpt dat de zaak op een gegeven ogenblik wordt geproduceerd waarna er dan een aantal zaken naijlen. Hij vraagt zich aileen af of er nog meer posten zijn die de totale begroting hebben beïnvloed en die niet zijn opgenomen in genoem- de opstel1ing. Wethouder Baar antwoordt dat de konstatering van de heer Arnoldy juist is. Deze kapitaalslasten zijn niet op de lijst geplaatst omdat ze betrek- kelijk van kleine omvang zijn in verhouding tot datgene dat wel op de lijst is geplaatst. Het college heeft zich op het standpunt gesteld dat dit nu eenmaal één van die zaken is die in het kader van de onttrekking van de f 100.000,— een rol zouden kunnen spelen. Spreker heeft thans geen overzicht van eventuele andere projekten. Hij neemt aan dat hetniet uitgesloten is dat er nog enkele zullen zijn. Als de heer Arnoldy daar prijs op stelt dan zal dat zo spoedig mogelijk worden nedegedeeld. üe heer Arnold.y stelt daar inderdaad prijs op. P u n t 41 De heer Arnoldy bevreemdt het dat de dienst economische zaken van Haarlem, die als enige buitendienst - in letterlijke zin - informatiemoet verstrekken en die over het algemeen, zoals de ervaring uitwijst, zo goed weet te kalkuleren, niet eerder heeft kunnen doorgeven wat de financiële konsekwenties zijn van het gevraagde onderzoek. Wethouder Reeringh antwoordt dat de dienst economische zaken van Haar- lem, die over vele gegevens beschikt die voor Heemstede relevant zijn, zich tot dusverre nog niet met de Heemsteedse zaak heeft kunnen bezig- houden. Dat is ook destijds aan ons medegedeeld. Begin volgend jaar zal men die zaak kunnen oppakken. Daarom is er ook eerder geen overleg met economische zaken over gevoerd. Er is alleen gevraagd of zij eventueel dat onderzoek kunnen verrichten, waarop Haarlem in bevestigende zin heeft geantwoordBinnenkort zal onze chef van de afdeling onderwijs een 1 decerciber 1978

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1978 | | pagina 60