14 decenibsr 1978
150
naar voren worden gebracht, neigen er in het algemeen toe de tegenstrij-
digheid van beiangen van de geneente en die van haar medewerkers los te
laten. Ook bij deze opvattingen blijven er echter bij beide partijen wen
sen bestaan, weike niet volledig parallel lopen. De vraag is dan welk ge
•■'icnt rrcet worden toegekend aan de aigemene belangen van de gemeente en
aaü die van haar medewerkers. Gesteld niag worden, dat in de fase waarin
W3 thans verkeren een verhoging van de personeelsbelangen in de priori-
teiten /an ;iet beleid van de gemeer.te tot uitdrukking kcmt. Het perso-
neelsbeleid is in deze fase in plaats van ondergeschikt never.geschikt
yeworden aan de andere vormen van het beieid.
Voorts lieeft het personeelsbeleid er vo.or te zorgen de belangen en de
behoeften var, de medev/erkers zo goed mogelijk in overeenstemniing te bren-
gan met de voortdurend veranderende inzichtcn betreffende arfceid, tech-
nische ontwikkeiing en het welzijn van de medswerkers in hun werksituati
waartoe mede behoort ae zorg voor een goede huisvesting van de gemeente-
secretar.ie, diensten, bedrijven en stichtingen.
Het personeelsbeleid moet er op gericht zijn zoveel mogclijk te verzeke-
ren, dat aan de behoeften van'de gemeente, haar medeWerkers er, allerlei
instanties buiten de geneentelijke crganisatie kan wörden voldaan.
De hierbij gevoegde nota beoogt inzicht te gevcn in dic gcbieder. van het
perscneeïsbeieid, dië met liet cog op de hiervoor geschetste ontwikkeling,
voor de Heeinsteedse situatie voor uitbouw iri aanmerking komen. Zoals in
de inleiding is weergegeven kan deze uitbouw slechts plaatsvindcn alsecn
actieve inbreng vanuit het apparaat gegeven wordt.
Tot slot merken wij op dat de concinsie van de nota.dat vcor de realise-
ring van de nieuwe taken een extra personeelsIid aangetrokkon zal moeten
worden en dat externe begeleiding noodzakelijk is vertaald zal moeten
vrorden in prcjekteri. Deze projekten zullen in hat voorjaar aan u voorge-
iogd vvorden.
Wij stellen u voor met de nota in te stemmen.
Burgemeester en wethouders van HEEMSTEDE
De secretaris,
W.H. van den Hoek
De burgemeester
G.J. Willemse, wnd.
2s afd