7. JkflU - mm\
II.5 Lüopbaanbegeleicling.
Loopbaanbageleiding beoogt het tct ontwikkeling brengen van de capaci-
teiten van onze medewerkers met het oog op hun (toekomstige) funktiever-
vuiling.
Grondslag hiervoor is de eerder besproken personeeisbeoordeling.
Een aspekt hiervan is het inventariseren van de eigen wensen van de mede-
werker m.b.t. zijn funktie-inhoud en verdere loopbaan ("belangste'ilings-
registratie"). Acties die, hieruit voortvloeiende, kunnen worden genomen,
z i j n bv
1. betrokkene stimuleren tot het volgen van bepaalde opleidin.gen (b.v,
aan een Bestuursschoolmaar ook avondstudies ais Î1AV0, MEAO e.a.);
2. aanmelding voor gerichte cursussen en trainingen (zoals b.v. cursus-
sen leidinggeven en organiseren, training sociaie vaardigheder. of
funktiegerichte cursussen als bestaan voor ambtenaar sportzaken, bouv,-
en woningtoezicht e.d.);
3. het realiseren van een funktiewisseiing met ais doel betrokkene ten
behoeve van zijn verdere ioopbaan een bredere ervaring te later: op-
doen;
4. medewerkers belasten met bijzondere opdracnten b.v. door deeiname
aan een projektgroep.
Het lijkt voor de hand te liggen dat het voorgaande vooral gericht zal
zijn op jongere medewerkers met een loopbaanperspectiefWij gelovenech-
ter dat sommige acties - zoals het stimuleren van deelname aan avcndon-
derwijs - ook dcorstromingsmogelijkheden kan bieden aan b.v. ongeschool-
de medewerkers, die thans veelai te îang in dezelfae uitvoerence - en
vaak zeer belastende - funkties werkzaam zijn.
Ook op hun mogelijkheden zal geiet worden.
-10-
