III.2 De personeelsfunktie.
In de bestaande situatie ressorteren onder de chef Financiën en Perso-
neel drie medewérkers full-time belast met personeelszaken. Voor de
uitvoering van de huidige taken - vnl. personeelsadrninistratie en rechts-
positiezaken - is deze bezetting voldoende.
Voor het ter hand nemen van de vermeide, nieuwe activiteiten is een kwa-
litatieve en kwantitatieve versterking een absolute vocrwaarde.
Onder III.5 is een voorzichtige poging gedaan de voorgenomen activitei-
ten in benodigde mankracht te vertalen. Zoals daaruit blijkt is zeker
nog een gekv;al ificeerde personeelsfunktionaris nodig. Daarnee ontstaat
onder de chef Financiën en Personeel een groepje van vier PZ-medewerkers
hetgeen vergeleken met overeenkomstige gerneenten een nog alleszins be-
scheiden bezettirig is. Op langere termijn is te overweger. cen aparte
chef Personeel (evt. chef Personeel en Organisatielaan te stellen, recht
streeks ressorterend onder de secretaris.
III.3 Externe bulp.
Het van de grond krijgen van een modern personeelsbeleid vergt een in-
spar.ning die de capaciteit van bestaande deskundigheid in het gemeente-
lijk apparaat overschrijdt. Ook bij versterking van de personeelsfunktie
zal de invoering van activiteiten als funktiewaardering, personeelsbeoor
deling, werkoverleg enz. niet tijdig vorm krijgen zonder professicneie
externe advisering.
Behalve om ondersteuning bij ae uitvcering van activiteiten zal het daar
bij gaan om de bagsleiding van het gehele ontwikkelingsproces.
E.e.a. is nader aangegeven op pagina 18.