m
wf'l' îr
14
25 januari 1979
sen de frakties zijn gemaakt in het kader van de afspraken over de col-
legevorming voor de periode 1978-1932. De heer Arnoldy heeft zojuist ge-
steld dit een onwenseiijke heroverweging te vinden en in dat kader heeft
hij de woorden gebruikt "omdat een eenmaal op democratische wijze geno-
men besluit niet teruggedraaid moet worden, mits de feiten daartoe aan-
ieiding geven". Telkens gebruikt de heer Arnoldy in die zinsnede "op de-
mocratische wijze genomen besluit". Het wekt de suggestie, spreker weet
zeker dat dit niet de bedoeling van de heer Arnoldy is, dat het besluit,
als het afwijkt van dat van 25 maart 1976, niet op democratische wijze
genomen zal worden.
Met grote voldoening konstateert sprekers fraktie dat het college reeds
zo snel na haar optreden gevolg geeft aan de betreffende beleidsintentie.
Zij acht dat om verschi11ende redenen juist. In de eerste plaats omdat
een eind moet komen aan de onzekerheid over de toekomstige verkeerssitu-
atie op de Binnenweg. In de tweede plaats is een snelle beslissing ge-
wenst omdat een besiissing van hedenavond gevolgen kan hebben voor de
uiteindelijke wensen van de bewoners van de woonbuurten rondom het cen-
trum. Voor die wopnbuurten is een inspraakprocedure bezig, waarvan de
tweede fase nog m'oet beginnen. Het lijkt gelukkig dat een beslissing over
de verkeerssituatie op de Binnenweg wordt genomen vôör de aanvang daar-
van. In dit verband vraagt spreker wanneer het college die tweede fase
denkt te laten beginnen en/of het college bereid is om - indien heden-
avond het college-voorstel wordt aangenomen - de bewoners van de in-
spraakgebieden daarover te informeren, waarbij wordt aangegeven welke
mogelijke gevolgen die besiissing zal hebben voor hun woonstraten. Bij
die informatie behoort ook het aangeven van de gronden waarop de indruk
van het college berust, die is vermeld in de tweede alinea van bladzij-
de 2 van het raadsvoorstelDaar staat dat het college de stellige in-
druk heeft, dat indien voor het noordelijk deel van de Binnenweg één-
richtingsverkeer van zuid naar noord zou worden ingesteld, het eenvoudi-
ger is on de woonbuurten in neer of mindere mate te beschermen dan bij
het handhaven van het tweerichtingsverkeerDat zal moeten worden onder-
bouwd. Hij vraagt of het college dat kan toezeggen. Een laatste vraag in
dit verband is of het coilege met sprekers fraktie van mening is dat de
bewoners in de tweede fase alle geiegenheid moeten en zullen hebben om
in te spelen op het vanavond eventueel te nemen besluit dat de Binnen-
weg over de gehele lengte éénrichtingsverkeer zuid-noord wordt. De be-
woners zijn toch in de eerste fase uitgegaan van de huidige situatie.
Het argument dat de V.V.D.-fraktie gebruikt, dat een beslissing voor
zuid-noord over de hele Binnenweg in strijd zou zijn met de uitspraken
van de bewoners, valt nog te bezien. Spreker herinnert eraan dat zijn
fraktie bij de behandeling van het rapport eerste fase inspraak woon-
buurten gesteld heeft, toen er werd gesuggereerd dat de bewoners geko-
zen hadden, dat ze dat niet hebben gedaan en dat men zal moeten afwach-
ten wat er in de tweede fase gebeurt, dan komen er reëie keuzen en weet
men precies wat de bewoners willen. Welnu, een nieuwe situatie voor de
bewoners is er. Zijn fraktie wil ook dat de bewoners, uitgaande van die
nieuwe situatie, nu met hun wensen naar voren komen en dan zal men zien
wat men wil. Om nu al te stellen dat het in strijd is met deze beslis-
sing lijkt spreker de zaak op zijn kop zetten.
Als derde reden voor de wenselijkheid van een snelle beslissing over
deze zaak ziet sprekers fraktie dat de verkeerssituatie op de Binnenweg
van invloed zal zijn op de keuzes die gemaakt zullen moeten worden in
de derde fase van het verkeersstruktuurplan. Eerst de situatie in het
hart vaststellen, daarna die in de omgeving.
