131
18 mei 1979
Het zou wel bijzonder toevallig zijn, als wij over de gemeentelijke
zaken hetzelfde zouden denken. Er zal dan ook wel eens verscnil van in-
zicht zijn. Dit is echter van geen betekenis, als dit niet van invloed
is op de persoonlijke verhouding.
Mag ik bij deze de wens uitspreken, dat onze persoonlijke verhouding
goed zal zijn. Gelet op de prettige kontakten, die ik reeds met u mocht
hebben - en deze dateren uit de tijd van 1969 toen ik als secretaris van
de gemeente Renswoude reeds met u, zijnde de burgemeester van een buur-
gemeente, te maken kreeg - gelet op deze kontakten heb ik daar alle
vertrouwen in.
Gedachtig aan het gezegde: "het zijn wel mooie woorden, maar de eenden
leggen de eieren", wil ik mijn bijdrage snel beëindigen.
Er zal veel van u worden gevraagd, maar weet dat achter u de gemeentelij-
ke medewerkers staan, die u graag ir. alles tot steun willen zijn. Op het
personeel kunt u rekenen. U bent voor hen geen vreemde eend in de bijt
meer. Namens het personeel wens ik u en de uwen heel veel goede en zegen-
rijke jaren toe in de gemeente Heemstede." (applaus).
Burgemeester"Mijnheer Willense, u hebt in uw installatietoespraak
een weids scala gescnetst van datgene wat mij allemaal wacht. Men zou
daar gewoon van schrikken. Maar u hebt dat op zo'n wijze en met zo'n be-
trokkenheid gedaari, dat daaruit bleek dat u, die deze kar met elkaar
hebt mceten trekken, er de afgelopen maanden bepaald niet ontmoedigd
door bent geworden. Met elkaar ademt u een werksfeer uit waarvan ik zeg
dat ik daar met heel veel genoegen in kom, ook al ben ik dan plotseling
in uw midden "gepiant" en ik wil u vooral danken vcor de wijze waarop
u mij hebt willen installeren. U hebt zelf al de betrokkenheid ten op-
zichte van dit mooie beroep laten blijken en het is heel begrijpelijk
dat u ai enigszins gehecht bent geraakt aan het funktioneren als waar-
nemend burgenreester. Vooral de wijze waarop u dat heeft willen doeri
heeft mij veei goed gedaan en nogmaals heel hartelijk dank daarvoor.
Nu wordt het wat moeilijker voor mij, mijnheer Albrecht. U hebt de pro-
fielschets met mij doorgenomen; wat moet ik daarvan zeggen? U bent erg
vriendeiijk geweest en ik heb het buitengewoon gewaardeerd dat u de af-
gelopen weken de moeite hebt wiiler. nemen om ncg eens een gesprek met
mij apart te hebben. U bent helemaal naar ons in Amerongen toegegaan en
we hebben vrij uitvoerig met elkaar kunnen praten. Niet dat we r.u meteen
alles van elkaar afweten, maar het is toch voor sfeer en toon ontzettend
belangrijk. Sfeer en toon zijn zeer belasgrijk in het leven en zeker in
een gemeenteraad en u bent de enige spreker geweest die in de raad gespro-
ken heeft, zoals gebruikelijk trouwens, maar de sfeer en de toon die van
u tot mij is uitgegaan geeft mij een enorm gevoel van vertrouwen en daar
ben ik u op dit toch erg belangrijke monent van het leven heel erg dank-
oaar voor. h'eel hartelijk dank voor uw hartelijke woorden.
Secretaris, ik kon merken aan datgene wat u naar voren bracht, dat u nte
al een paar dagen hebt meegemaakt en dat wij elkaar ook door de kontak-
ten daarvôor al wat langer kennen. U hebt een. bijzonder geestige en aar-
dige toespraak gehouden en het merkwaardige is, dames en heren, nu heeft
u natuurlijk gedacht: die mensen zijn ai een paar dager. met elkaar op
streek en die hebben even uitgewisseld - want ik heb over die snavei ge-
sproken en u hebt over canettes gesproken - maar dat is niet waar. Canet-
tes zijn inderdaad merkwaardige vogels en ik ben eerlijk gezegd niet zo
heraldisch wat mijn belangstelling betreft. Als er het woord "keei" staat
- ik ben nog kleurenblind ook - dan moet ik altijd denken: is het nu groen,
goud of rood, dat weet ik aTiemaal niet zo, maar u hebt wel op uw eigen
manier een beeld geschetst zoals u zelf het gemeentelijk leven ervaart en
