187
31 mei 1979
eens de Indische wijk opgenomen, wat op zich al een ingewikkelde zaak
is. Het is enigszins een ondersteuning van het gestelde door de heer
Arnoldy in zijn algemene beschouwingen, om in Heemstede een eigen plano-
logische funktie te kunnen vervullen. Spreker denkt dat een dergelijke
stuwende funktie van belang is; als men dit soort plannen reëel wil gaan
bewaken dan zal er een verantwoordelijke funktionaris met zijn volle in-
zet aan moeten kunnen werken.
De heer Van der Hulst merkt op dat er gesproken is over een nader over-
leg in de commissie ruimtelijke ordening c.a. Hij zou het dan op prijs
stellen als daarbij ook de andere plannen die nog aan de orde moeten ko-
men behandeld worden, want het zou best eens kunnen zijn dat er dan aan
dit lijstje iets toegevoegd moet worden. Het zou ook kunnen zijn dat wat
andere zaken op termijn gezet kunnen worden.
Wethouder Wiliemse antwoordt dat er inderdaad in de voortgang van de
bestemmingsplannen wat vertragingen zijn opgetreden. Spreker kan geen da-
tum noemen waarop het definitieve totaalrapport van O.D.R.P. zal verschij-
nen, maar een tussenrapport, dat veel informatie verschaft, hoopt het col-
lege in zijn vergadering van 27 juni te behandelen. Het is de bedoeling
dat dit rapport ook in de commissie ruimtelijke ordening c.a. komt. Dat
rapport zai ook een niet onbelangrijke passage omtrent bestemmingsplan-
nen bevatten, de voortgang en voortgangskontrole daarvan, de stand van
zaken en een totaaloverzicht van de plannen die in de toekomst in Heem-
stede moeten worden bezien en bijgesteld. Bij dit rapport bevindt zich
ook een kaart. Spreker hoopt dat mede door dat rapport het hele aspekt
van bestemmingsplannen wat duidelijker zal komen te staan en dat ook de
commissie daar een goed handvat aan zal hebben.
De heer Borghouts vraagt zich ook af of, als men konstateert dat een
bestemmingsplan diverse keren in een commissie komt, dat nodig is.
Wethouder Willemse meent dat dit rapport mede een goede aanleiding
kan zijn om daarover eens te diskussiëren. Door de ervaring wijs gewoi
den is de laatste tijd al een iets andere procedure gevolgd, door een
concept al direkt in de commissie te brengen om te voorkomen dat een
tamelijk uitgewerkt bestemmingsplan soms drie keer terug raoet, hetgeen
zeer vertragend werkt, omdat dan veel werk gedaan is, waarvan men achtei
af zegt dat niet alles gedaan had hoeven te worden omdat er zoveel wij-
zigingen via de commissie komen.
Punt 30.
De heer Borghouts betwijfelt de juistheid van het antwoord. Een ge-
dragslijn van de laatste jaren, zoals het coliege zegt, impliceert toch
tenminste twee jaren. Als het college dat met hem eens is dan moet het
nog eens goed naar de vraag en het antwoord kijken.
Uit het antwoord van het college leidt zijn fraktie af dat als nu een
plan als dat voor de voormalige metaalgieterijen of dat ten zuiden van
de Prinsenlaan aan het college wordt voorgelegd, het college nu de be-
treffende plannenmaker het bos van Gliphoeve of dat van Ipenrode zou
insturen. Hij vraagt of die gevolgtrekking juist is.
Spreker neemt aan dat het college bereid is zijn best te doen dat ten
zuiden van de Prinsenlaan tenminste premie-koopwoningen komen. Hij neemt
tenminste aan dat van enige toezegging aan de piannenmaker inzake vrije
sektorwoningen geen sprake is. Overigens is met betrekking tot dit ter-
rein bij zijn fraktie de vraag gerezen of het niet verstandig zal zijn
het uit het bestemmingsplan Glip II te lichten, teneinde te voorkomen
dat door bezwaarschriften tegen de dure woningbouw daar, ook de woning-