193
31 mei 1979
Er is op gewezen dat er voor het bovengebied een aantal aspekten zijn
die gefaseerd kunnen worden uitgevoerd. Spreker wijst erop dat het colle-
ge aan de sportzaal ten behoeve van de Gerrit Barger-mavo van meet af aan
een grote prioriteit heeft toegekend, die zal dus eerder verrijzen dan
bijvoorbeeld een bibliotheek of gemeenschapshuis.
De heer Van der Hulst heeft gevraagd om het planologisch zo te situeren
dat er later toch een zekere eenheid kan plaatsvinden. Spreker meent dat
er in de praktijk toch nog een aantal vraagpunten zijn, zoals de vraag
wanneer er een duidelijke uitspraak komt omtrent een gemeenschapshuis,
hoe dat moet worden, moet het een kombinatie met de bibliotheek worden?
Wethouder Jager heeft gezegd dat daarover vermoedelijk over een klein jaar
een uitspraak zal zijn. nisschien zullen er nog eerder beslissingen moeten
worden genomen als het plan voor een sportzaal ter tafel komt.
Meyrouw Noorman vraagt hoe het college denkt uitvoering te geven aan be-
leidsintentie 14 en met name aan het tweede gedeelte daarvan. Daarin staat:
bij het ontwerpen van een desbetreffend plan wordt rekening gehouden met
de gewenste integratie met andere in dit gebied te realiseren openbare
voorzieningen Dat betekent in haar ogen dat men niet ëën onderdeel van
de daar te realiseren voorzieningen kant en klaar op tafel moet krijgen
zonder dat er nog is nagedacht over de grootte en de plaats die de andere
daar te realiseren voorzieningen nodig hebben. Daarop aansluitend vraagt
zij hei. college of het bereid is, alvorens toezeggingen te doen danwel mo-
rele verplichtingen met derden aan te gaan, die een zorgvuldige en goede
afweging van het ruimtebeslag van de daar te situeren openbare voorzienin-
gen zullen kunnen belemmeren, op korte termijn in de commissie ruimtelijke
ordening deze materie te bespreken. Voorts vraagt zij welke openbare voor-
ziemngen het college in dit gebied denkt te gaan realiseren.
De heer Van der Hulst merkt wat betreft de selektie en de eventuele keu-
ze van een architekt voor plan Glip I op, dat er verschillende manieren
zijn waarop men zo'n plan kan benaderen. Eén daarvan is al in de vraagstel-
ling genoemd, namelijk het uitschrijven van een prijsvraag. Een andere ma-
nier is een aantal werken te gaan bekijken en beoordelen en daaruit een se-
lektie te maken. Een derde methode is dat men eenvoudig om zich heenkijkt
en een architekt aanwijst. De tweede methode is in het verleden wel gevolgd.
Aan de woningbouwkorporatie is toen via het college de vraag gesteld of zij
zich wilde beraden op de toekomstige invulling van dat plan en of zij wilde
onderzoeken welke architekt daarvoor het best in aanmerking zou komen. De
woningbouwkorporatie heeft toen een aantal werken in Nederland bezocht,
heeft kontakt gehad met een aantal architekten en heeft toen op basis van
de gedachte dat er in ieder geval ook een hoeveelheid kleingezinswoningen
moet komen en een aantal normaal-gezinswoningen, kontakten gelegd en is er
dus een voorlopige selektie gemaakt en zijn er ook konkrete toezeggingen
gedaan. Dus niet wat betreft het programma van eisen maar v/el wat betreft
de uitvoering van het plan in de toekomst.
Inzake het plan Burgemeester van Lennepweg zal dus, zodra bekend is hoe-
veel ruimtebeslag er zal zijn voor eventuele openbare voorzieningen wat be-
treft de welzijnssektor, v/eer een stukje van de legpuzzle ingevuld zijn.
Spreker meent dat toch in een veel eerder stadium dan de rest van het plan,
en misschien ook al vooruitlopend op de mogeiijke voorzieningen, de tijd
vanaf nu nuttig kan worden besteed met het opstellen van het prograrama van
eisen, ook wat betreft een bibliotheekvoorziening en in kombinatie met de
sportzaalHij zou zelfs zover willen gaan om een heel voorzichtige start
te maken met het programma van eisen v/at betreft de welzijnsvoorzieningen,
want hij hoopt dat januari 1980 bekend is wat er precies nodig is, en als
men op dat moment opdracht geeft het plan te gaan uitwerken, dan staan de
