24 april 1980
117
de reële behoefte afgestemd eisenpakket. De gemeente heeft, om te onder-
zoeken wat de reële Heemsteedse behoefte naar zowel de zwemakk'ommodatie
als iets langer in het verleden de sportakkommodatie in Heemstede zou
zijn, een draagvlakonderzoek laten verrichten door de V.N.G. Zij vraagt
of het college de uitkomsten van dat draagvlakonderzoek de reële behoef-
te van de gemeente Heemstede acht, of dat de gemeente nog andere reële
behoeften kent dan die in het draagvlakonderzoek zijn neergelegd en zo ja,
waar die dan vandaan komen.
De heer Arnoldy deelt mede dat zijn fraktie de motie graag wil onder-
steunen. Zij is er niet in geslaagd hierin een zin te ontdekken die wezen-
iijk afwijkt van hetgeen in sprekers fraktie leeft terzake van dit projekt
Als zodanig heeft zij dan ook tegen deze motie geen bezwaar. Wel vraagt
hij zich af waarin deze motie nu eigenlijk afwijkt van het voorstel van
het college. Wat betreft de opmerkingen van mevrouw Noorman nodigt hij haar
uit te zijner tijd de notulen van deze vergadering te lezen, dan kan ze
wellicht begrijpen wat precies gezegd is.
Wethouder Reeringh heeft de motie aldus begrepen dat hier wordt gesteld;
behoud van de filosofie van het collegevoorstelvragen naar een wat ande-
re opzet, waarbij in redelijkheid duidelijk wordt gemaakt dat die 1£ mil-
joen niet zal worden overschreden, in redelijkheid volgens meriselijke be-
rekening en verder aanscherpen van bedenkingen die al in het ^'äadsvoor-
stel staan. Hij meent dat dat de punten zijn die de motie van belang ma-
ken. Mevrouw Noorman heeft vragenderwijs op prijs gesteld dat de inhoude-
lijke opmerkingen zouden worden meegenomen naar het nadere overleg vanuit
de raad. Spreker wil dat graag doen. Formeel heeft hij te maken met wat
de raad beslist naar aanleiding van het raadsvoorstel en met het verzoek
waarin de motie uitmondt, maar men zal begrijpen dat toch van hem verwacht
mag worden dat wat hij in de afgelopen weken aan betogen heeft gehoord in
redeiijkheid ingebracht zal worden in het nadere overleg.
Een tweede opmerking van mevrouw Noorman betrof de overweging in de motie,
dat het aangekondigde onderzoek ook best eens zou mogen leiden tot een op-
zet die minder duur zou zijn dan 1J niljoen per jaar. Spreker wil graag
de verzekering geven dat het college niet het uiterste zal doen om op 11
miljoen en nog twee cent te gaan zitten, maar hij denkt dat men de andere
kant op moet redeneren, namelijk dat we moeten zien dat we die filosofie
zo goed mogelijk in stand houden en dat we dan moeten kijken naar het fi-
nanciële kriterium dat vanavond gesteld is.
Een derde vraag van mevrouw Noorman betrof het punt van het. draagvlakon-
derzoek in relatie tot de reële behoefte. Spreker wijst erop dat het
draagvlakonderzoek, dat destijds door de V.N.G. is ingesteld, gebaseerd
was op een traditioneel zwembad. Nu is aan de orde een nieuw komplex.
Op het moment dat het onderzoek werd ingesteld waren dat de meest reële
cijfers en was dat het meest recente gegeven wat we hadden. Men is nu wel-
licht - maar dat zal als vraag apart worden opgevoerd in ons overleg - in
een ander stadium terecht gekomen en wat dat betreft vindt spreker dat
hij niet anders heeft te doen dan zich te houden aan de bewoordingen van
de motie, namelijk een eisenpakket dat op de reële behoefte is afgestemd.
Mevrouw Noorman schrikt van dat laatste enigszins. Ais men een jaar ge-
leden een onderzoek heeft laten verrichten naar de behoefte aan overdekt
zwemwater en in dat onderzoek wordt een bepaalde hoeveelheid oppervlakte
overdekt zwemwater aangegeven, waarvan verwacht mag worden dat dat de
reële Heemsteedse behoefte is, waarbij de aanbeveling inderdaad gegeven
wordt om dat te zoeken in de rekreatieve sfeer, dan mag zij toch aannemen
dat een jaar later met een iets teruglopend bevolkingsaantal dat nog steeds