4e afd. 28 augustus 1980 90 bestuursorganen (het college van burgemeester en wethouders en de bur- gemeester) de eis, dat er snel een beslissing moet komen. Daarom is ook in deze bepaling, die de besiuitvorming van die andere organen regelt, een (korte) termijn tot beslissen opgenomen. De verschillende mogelijkheden tot het nemen van een beslissing zul- len worden uitgewerkt in een door ons college en de burgemeester vast te stellen model-instructie voor de behandeling van verzoeken om in- formatie. flrtikel 9. Het zal nogal eens voorkomen, dat derden bij de beslissing op een ver- zoek om informatie belang hebben, met name in die gevallen waarin de verlangde informatie op henzelf betrekking heeft. Zij mogen ten op- zichte van de verzoeker niet in een nadelige positie worden gebracht, doordat zij geen recht zouden hebben op een schriftelijke mededeling van een hen rakende, positieve beslissing op een verzoek om informa- tie. Met het oog hierop is in artikel 4 van het Besluit openbaarheid van bestuur de bepaling opgenomen dat de derde in zo'n gevai schrifte- lijke mededeling kan eisen van de genomen beslissing en van de infor- matie. Hij kan dan, indien hij zich door het verstrekken van informa- tie in zijn belangen geschaad acht, daartegen op dezeifde manier op- komen als de verzoeker tegen een afwijzende beslissing op zijn verzoek. Wij achten het gewenst, dat de verplichting wordt opgenoraen om de be- trokken derde ôôk in kennis te stellen van een beslissing als redelij- kerwijs moet worden aangenomen, dat hij belang heeft bij kennisneming van die beslissing (deze verplichting is in het model niet opgenomen). flrtikel 10. Het eerste lid bevat de algemene uitzonderingsgronden, zoais die in artikel 4 van de wet zijn neergelegd en derhalve onverkort voor de gemeentelijke bestuursorganen gelden. Zij kunnen daaraan niets toe of afdoen. In het tweede lid is verwoord wat artikel 1 van de wet regelt omtrent het verstrekken van informatie, vervat in documenten, opgesteld voor intern beraad. Artikei 11. Artikel 4 van het Besluit openbaarheid van bestuur schrijft voor dat een beslissing tot gehele of gedeelteiijke afwijzing van een verzoek °m informatie schriftelijk en gemotiveerd aan de verzoeker wordt mede- gedeeld, indien deze zijn verzoek handhaaft. Deze eis is in artikel 11 herhaald. De eis van schriftelijkheid is vooral van belang voor de toepassing van de mogelijkheden die de Wet arob biedt om tegen een gehele of gedeeltelijke weigering op te komen. flrtikel 12. In deze bepaling zijn de artikelen 5 en 6 van het Besluit openbaar- heid van bestuur gecombineerd. Het eerste 1id geeft aan dat de infor- matie op vier verschi1lende manieren kan worden gegeven. De eerste twee (kopie en inzage) voorzien in een informatievorm, waarbij de integrale tekst van de documenten, die de verlangde informatie bevat- ten, ter beschikking c.q. ter kennisneming komt.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1980 | | pagina 51