306
25 september 1980
Het gewenningsprobleem zal zich misschien voordoen, doch men moet nu
eerst maar eens ervaring hiermee opdoen en kijken hoe het in de praktijk
9 ?Pen; ocnt dat niet bevredigend zijn of mochten er vragen rijzen
van weike kant dan ook, dan neemt spreker aan dat van de zijde van de-
genen die vragen hebben, de bel geluid zal worden om een dergelijke zaak
ter diskussie te stellen, hetzij in het georganiseerd overleg of binnen
de sfeer van het college en de raadscommissie.
Met betrekking tot de waarborging van de rechtsbeschermingspositie van
leden van de medezeggenschapscommissie, de kwestie van de vorminq/
scholing en vnje dagen, wijst spreker er op dat die elementen niet al-
le Passen in de verordening die thans voorligt. Weliswaar kan men dis-
kussieren over de vraag in hoeverre wat hier binnen het kader van de
rWn m 1S H8reint' 0/ereenshemmet hetgeen men tegenkomt bij de on-
dernemingsraden, dus binnen de sfeer van het vrije bedrijfsleven. Aan
ïn ?nkant,merkt spreker op dat het punt van de rechtsbescherming
op een vrij solide mamer geregeld is in het ambtenarenreglement. De
n^ir8-Va£ PPra?r 1S ln dat °Pzicht tcch sterk en dat is bij werk-
dramhfln, bëdrijfslêvenjuist in vergelijking tot die positie van
h?„™w 'eePu mlnder Seweest. Het is in elk geval een zaak die
binnen net kader van het ambtenarenreglement behoort te worden gereqeld
en in feite ook al geregeld is.
Spreker meent te weten dat tot dusverre vanuit de vakorganisaties de
vormings- en scholingsmogelijkheden altijd zijn geëntameerd. Het is re-
cent zo geweest, dat ambtenaren die deze scholing wilden doorlopen,
aaarvoor vrije dagen van de gemeentelijke overheid kregen. Dat ver-
andert natuurlijk met, dus spreker denkt dat dit eigenlijk al een inge-
waarborg is, die trouwens ook in het ambtenarenreglement is ge-
tB ^Hon m1SJUÎÎ ln te a1 aan de orde en hoeft niet n,eer ingevoerd
lacunes znudBn himv Z°tZ1f ?at °P 9rond van de nieuwe ontwikkelingen
1h,^c blijken te bestaan, dan zal de gemeente, al of niet ge-
adviseerd door de organen als het centraal orgaan, een open oog hebben
voor die meuwe ontwikkelingen. 9 MeDDen
De voorzitter zegt dat deze verordening in formele zin geen betrek-
ing heett op de politie, omdat hier het bevoegd gezag burgemeester en
n!!rfU nlt 1S 8! de p°iitie alleen de burgemeester als zodanig fun-
geert Dat neëmt met weg dat spreker het wel een goede zaak vindt en
hTj wil ook wel toezeggen dat hij zal kijken in hoeverre er een moqeliik-
ei is en wat de komplikaties daarvan zouden kunnen zijn in juridische
.VhtB u!r een Paranel1e re9eiin9 in de verhouding die bestaaï iel op!
zichte van spreker, in het kader van de dienstcommissie te vinden is
ni.ie beer Van Amerongen neemt aan dat daarover in de commissie openbare
°rde en vet ngheid gesproken kan worden.
De voorzitter lijkt dat het geëigend'e kanaal om daarover te spreken.
De heer Weeteling heeft ergens het woord "voortehoud" gebruikt, waar-
te ze99en dat het natuurlijk gaat om het funktîo-
neren în de praktijk en dat wil zijn fraktie bezien en daar eventueel
de mogelijkheid voor reserveren om daarop terug te komen.
Wethouder Reeringh heeft dat voorbehoud ook niet in formele zin opge-
vat.
deîiîgrvan doenf Md t0t die konklusie komen' 9aarne mede~