n
wmrnWfmmm
mm
Hoofdstuk III: OrRanisatie van het werkoverleg.
Hoewel de organisatie van het werkoverleg sterk afhangt van de situatie binnen
een afdeling, zijn er bepaalde punten aan te geven waarin het systeem van werk-
overleg moet voorzien:
1Samenstelling en grootte overleggroepen.
Uitgegaan moet worden van de twee volgende stellingen:
1. werkoverleg is bedoeld voor iedereen. op alle niveau's. Het gevolg is dan ook da
het systeem er in moet voorzien dat in principe iedereen aan het werkoverleg
kan deelnemen.
2. iedere deelnemer aan werkovefleg vergadert in principe onder de leiding
van zijn eigen directe superieur.
Beide punten geven uiteraard praktische problemen, met name in grote afdelingen
of in afdelingen met zeer kleine groepjes die vaak vrij gespecialiseerd werk
verrichten. Mogelijke oplossingen in de praktijk, waarvan voor- en nadelen per
afdeling kunnen variëren, zijn:
1. periodieke vergaderingen onder leiding van de chef, waarbij de deelnemers
met uitzondering van de chef voortdurend rouleren;
2. grote afdelingen kunnen worden opgesplitst in een aantal kleinere groepjes,
waarbij de clief met elk van de groepen soortgelijke bijeenkomsten houdt;
3. kleine afdelingen kunnen worden samengevoegd en als één grote afdeling
worden behandeld.
De grootte van de groepen kan variëren. Bij voorkeur dient de groep uit minimaal
zes, maximaal twaalf personen te bestaan.
2. Regelmaat en tijdsduur.
De groepen dienen regelmatig bijeen te komen. De regelmaat van bijeenkomsten
kan per afdeling sterk variëren en ook van praktische zaken afhankelijk zijn.
Bij voorkeur moet deze liggen tussen de vier en twaalf keer per jaar.
In zijn algemeenheid kan gezegd worden dat de tijdsduur sterk afhankelijk is
van de regelmaat van bijeenkoraen. In het algeraeen gaat de voorkeur uit naar korte
be.sprekingen (maximaal li uur).
3. bteer.
Het werkoverleg is een formeel overleg, waarbij een agenda en een verslag
noodzakelijk zijn. De bespreking zelf raoet echter zo open en ontspannen mogelijk
gebeuren.
Het ontstaan van een ontspannen sfeer, die overigens wel zakelijk moet blijven,
hangt vaak af van de gespreksleider die daarin eventueel geoefend noet worden.
De sfeer waarin vergaderd wordt is éën van de belangrijkste voorwaarden voor een
succesvol overleg.
