10 29 januari 1981 dat de betrokkene indienst is gekomen tot aan het moment dat er wollicht een andere organisatie optreedt, die tijd overschreden wordt. Wat gaat er dan gebeuren? îtoet dan betrokkene in vaste dienst worden aangesteld of moet ze worden ontslagen en neemt men dan weer een ander in tijdeîijke dienst aan? Dat zou naar sprekers mening helemaal het toppunt zijn. Zijn fraktie dringt erop aan dat niet zoraaar besloten wordt personeel in bepaalde om- standigheden, wanneer ooit in de toekomst een bepaald onderdeel van een ge- meentelijke dienst zal worden gereorganiseerdtijdelijk aan te nemen. det îs naar de mening van zijn fraktie duidelijk dat als mcn die beslissin- gen neemt er ook uitzicht moet zijn op de personele gevolgen van een reorga- nisatie. Het is uiteindelijk een algemeen aanvaard beginsel, bijvoorbeeld in het verkeer dat de v/erkgever heeft met de vertegenwoordigers van de werk- nemerszijnde de vakorganisaties van overheidspersonoeldat een reorgani- satieplan niet voHedig is als daarin ook niet een personeelsparagraaf is opgenomen. Sprekers fraktie vindt dat dan op dat moment het oordeel kan worden uitgesproken dat men al dan niet in tijdelijke dienst gaat aanstel- len.tr moet zekerheid bestaan dat de beslissing om personeel in tijdelij- ke aienst tenemen ookgegrond is. Het gaat niet alleen om ontslag van per- soneel in tijde 1 ijke dienst, ook ar.deré delen van de rechtspositie van het peisoneel in tijdelijke dienst is gewoon minder. Personeel in vaste dienst heeft een gesloten ontslagregime volgens het algemeen ambtenarenreglement en °ft kan nlet gezegd worden van personeel in tijdelijke dienst. Dan vraaqt spreker weer waar men dan met de rechtszekerheid blijft. Sprekers fraktie stemt er nee in de zaak in de commissie te behandelen /ij houdt haar motie aan en verzoekt de voorzitter, nadat het overleg inde commissie heeft plaatsgevonden, die motie wederon op de raadsagenda teplaat- De heer A1brecht vraagt of de motie nu wordt ingediend of teruggetrokken. De neer Borghouts zegt dat zijn fraktie de voorzitter vraagt, als het over leg în de comnnssie heeft plaatsgevo.ndende motie op de agenda teplaat- îlevrouw Bimian zegt dat de heer Borghouts het verwijt maakt dat haar fraktie een te enge benadering hantcert als zij het gevoerdo belaid op zijn redolijkheid bekijkt. De heer Borghouts moent dat de raad gcwoon moet kij- wflk me" en als een bll'J klnd bedcnken wat men fijn zou vin- hSplfîekster acî, een zwapt-wit voorstel 1 ing vari zaken die de waar- heid volledig gewelo aandoet. Zo 1iggen dit soort problemen niet en men kan 00k niet cnoers doen dan een uiterst ge.nuanceerde afweging hierbij toe- passen. Het kijken naar de rechtszekerheid is niet een onzinnige zaak, maar is van buitengewoon zwaar belang. Zij vindt dat dit niet genoeg benadrukt w°rdon. Tegen de voorstelling van zaken, dat de gemeente bij het ne- voerde beleid met anders doet dan het afwentelen van het risiko op de werk- nemer, maakt spreekster ernstig bezwaar. Ook dat is nisleidend en bezijden waar-hedHet îs met zo dat de gemeente een grote kei rolt op de nek van een arme werknemer. Er zijn twee partijen, aan de ene kant solliciteert lemand naar een bepaalde funktie en aan de andere kant is er de partij van ae gemeente, die op bepaalde voorwaarden tot een overeenkomst komen. Daar- bij wordt bovendien duidelijk genaakt waaron die kor.dities bij de aanstel- mg gesLeld worden. Dat is een totaal andere situatie dan wanneer er maat- regelen genomen worden omtrent personeel dat reeds in dienst van de gemeen- De heer Borghouts vindt dat dit geldt tenzij partijen ongel ijkwaardig ZTjn en hij denkt dat dit hier het geval is.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1981 | | pagina 10