29 januari 1981
5
14. Van de Stichting Duinbehoud een nota "Fietsen in de duinen".
15. Een rapport van het centraal bureau voor verificatie en financiëie
adviezen der V.N.G. inzake een gehouden contrôle van de leges- en
voorschotkas
15. Brief van gedeputeerde staten waarbij wordt toegezonden de door hun
college gesloten rekening van de gemeente ovetî het dienstjaar 1975.
17. Motie van de Kathoiieke Onderwijs Vakorganisatie inzake het handeler
van de gemeenteraad van Groningen ten aanzien van de vakleerkrachter
v Zonder hoofdelijke stemming worden de stukken, vermeld orrder de punte
11 t/m 17, voor kennisgeving aangenomen.
18. Vragen van de heren mr. H.C.J.L. Borghouts en R.J. Weeteling, ieden
van de gemeenteraadinzake aanstelling zwembadpersoneelmet bear.t-
woording door burgemeester en wethouders.
üe heer Borghouts zegt dat bij lezing van de antwoorden van het collc
bij hem enkëTë" woorcTen naar boven kwamen en dat waren "tendentieus", "zi
ledig", dus "onzinnig", en "ronduit misleidend".
Tendentieus is het als het college als êén van de overwegingen voor het
sluit zwembadpersoneel in tijdelijke dienst aan te stellen aanvoert, hel
hebben van een grotere beslissingsruimte over de opzet van een toekomst'
sportkomplex. Naar sprekers smaak suggereert het coiiege daarmee dat dc
aanstelling in vaste dienst eventueei noodzakelijk ontsiag onnogelijkma
Dat is natuurlijk niet zo. Ook personeel in vaste dienst kan bij opheff'
van een betrekking of wegens verandering in de inrichting van een die.nsl
onderdeei van de gemeente worden ontslagen. Onzinnig is het antwoord r.a;
sprekers mening voorzover het coilege zegt dat met het aanstelien ir. tij
iijke dienst het belang van het personeel wordt gediend. Spreker vraagt
zich dan af welk belang. Diezelfde kwaiifikatie past hij toe voorzover t
antwoord inhoudt dat het de duidelijkheid voor het personeel dient met b
trekking tot hun rechtspositie als zij tijdelijk worden aangesteld. Waar
moet spreker die duidelijkheid dan zoeken? In het feit dat zij nu zeker
weten te worden ontslagen? Dat zal wel niet de bedoeling zijn. Het colla
zegt zelf dat het dat niet weet, want dat staat in antwoord 1.
Ronduit misleidend is het antwoord door een gedeelte te citeren uit een
uitspraak van de ambtenarenrechter en te zeggen dat het geval waarop dia
uitspraak betrekking heeft heel wat minder duidelijk en voor de hand lid
gend was dan het geval dat nu aan de orde is. Aan de door het college g<
citeerde passage in het antwoord gaat namelijk een belangrijke zinsnede
vooraf, luidende: In het vooruitzicht dat klaagsters funktie - dat was
kleuterhelpster - zou komen te vervallen lag het in de rede dat de geme<
te geen vaste aanstelling meer verleende. Is de zaak van de kleuterhelp:
minder duidelijk? Voor de ambtenarenrechter niet, die ging er gewoon vai
uit dat de funktie zou komen te vervallen. Of het nu een goede of foute
informatie was, het staat wel in de uitspraak en in dit geval is er nog
lemaal geen sprake van zegt het college zelf in zijn eerste antwoord.
Overigens vraagt spreker waarom het college die uitspraak erbij haalt.
Weet het niet dat de ambtenarenrechter slechts minima aangeeft van wat i
hoorlijk is? Is het college soms niet net spreker van oordeel dat het di
in dit geval helemaal niet om gaat, maar dat het gaat om een eigen gewei
geacht beleid in deze.
Sprekers fraktie zal niet zeggen dat deze zaak formeel niet klopt, raaar
is wat anders dan gewenst beleid.
Als alle niet terzake doende elementen van het antwoord zijn weggesnedei
blijft er maar één argument over en aat is: het is goedkoper om persone.
in tijdelijke dienst te hebben voor het geval er ontslagen mochten vall<