be afd.
25 juni, 1981
78
Artikel 7
1. Activiteiten van politieke partijen, van onderdelen daarvan of van
daaraan verbonden organisaties komen niet voor subsidie in aanmer-
king.
2. Activiteiten van kerkgenootschappen, van onderdeien daarvan of van
daaraan verbonden organisaties, welke plaatsvinden in het kader van
de eredienst, komen niet voor subsidie in aanmerking.
Artikei 8
1. Subsidie kan uitsluitend worden verleend voor activiteiten en voor-
zieningen, die in het programma zijn aangegeven.
2. De activiteiten van organisaties dienen uitgevoerd te worden in
overeenstemming met hetgeen daarover in het pian en/of het programma
is vermeld.
3. In afwijking van het vorige lid is een organisatie bevoegd in plaats
van een activiteit, vermeld in het programma, een andere activiteit
uit te voeren, mits deze gericht is op dezelfde doelgroep en be-
oogt hetzelfde te bereiken als de in het programma vermelde activi-
teit.
4. Burgemeester en wethouders kunnen, gehoord de commissie, op verzoek
van de desbetreffende organisatie, onverminderd het vorige lid,
ontheffing verlenen van het bepaalde in het tweede lid.
Artikel 9
Een organisatie dient ten genoegen van burgemeester en wethouders een
redelijke contributie of bijdrage van haar leden en/of deelnemers
te ontvangen en dient zo rnogelijk ook voor andere eigen inkomsten
zorg te dragen.
Artikei 10
Subsidie wordt verleend voorzover op de goedgekeurde begroting van
de gemeente hiervoor de benodigde geiden zijn uitgetrokken ten be-
hoeve van de in het programma omschreven activiteiten en/of voorzie-
ningen.
Hoofdstuk IV. Democratisch functioneren.
Artikel 11
1. Leden, deelnemers, vrijwilligers en personeeldat op grond van een
arbeidsovereenkomst een functie uitoefent in dienst van een organi-
satie, dienen invloed te kunnen uitoefenen op het beleid en op de
samenstelling van het bestuur van een organisatie.
2..Besturen van organisaties zijn verplicht in het openbaar te vergade-
ren, wanneer de volgende onderwerpen aan de orde zijn:
a. de vaststelling van de begroting, bedoeld in artikel 17, derde
lid onder c;
b. de vaststelling van het werkprogranma, bedoeld in artikel 17,
derde lid onder d;
c. de vaststelling van de rekening van inkomsten en uitgaven en de
balans, bedoeld in artikel 17 vierde lid onder a;
d. de vaststelling van het verslag van werkzaamheden, bedoeld in
artikel 17 vierde lid onder b. o
