9e afd" 25 juni 1981 70
OMWERP SUBSiniEVERORDENING SOCIAAL-CULTUREEL UERK.
Hoofdstuk I Begrippen
Ârtikel 1
1.
a.
o.
c.
d.
In deze verordening wordt verstaan onder-
2. jeugd- en jongerenwerk
3. clubwerk en buurtwerk;
4" hejaardenwerk, voorzover dit niet ressorteert onder de
rijksbijdrageregeling gecoördineerd bejaardenwerk
5. vormmgs- en ontwikkelingswerk voor volwassenen;
o. amateunstische kunstbeoefeniny;
7. kunstzinnige vorming;
8. opbouw- en actiewerk;
e. prograrnma: het programma, bedoeld in artikel 13 van de
ri jksbi jdrageregel i ng.
f. beroepskracht: degene die op grond van een arbeidsovereenkomst,
can wel als ambtenaar, een functie uitoefent in
dienst van een organisatie.
g. vakkracht: degene, die op grond van een overeenkomst tot het ver-
ncnten van enkele diensten een functie uitoefent
ten behoeve van een organisatie.
h. investeringssubsidiehet subsidie, bedoeld in het derde lid
onder b van artikel 15 van de algemene
subsidieverorderring specifiek weizijn.
In deze verordening wordt onder de begrippen "minister" "raad"
burgemeester en wethouders", "raadscommissie""commissie" "sôb-
a n 'a :?n,Saîie"' "personeelen "vrijwill'iger" hetze!fde ver-
nlngôpeîif?ekrwe?zenrjn? in de ^19™ sobsidieverorde-
Hoofdstuk II. Reikwijdte en aard van de verordening.
Artikel 2
1. Deze verordening is van toepassing op alle door de aemppnte no
subsidieerde sociaal-culturele activiteiten S^eente ge-
2'" nn anf'Hn8 s"bsidieverordening specifiek welzijn is van toepassinq
cp alle door de gemeente gesubsidieerde sociaal-culturele activi-
voorzover daarvan m deze verordening niet wordt afgeweken
2.
- 24 -
cultkuïeeirwerke9elin9: de n'JksbiJ'dra90re9eling sociaal-
sociaal-culturele activiteiten: activiteiten, bedoeld
in artikel 2 van de rijksbijdrageregeling.
sociaal-culturele werksoorten:
1. peuterspeelzaalwerk;
9' rLnwnrdrkS00rten' W6lke als 20danl'9 door de gerneente-
raad worden aangewezen.
Pl3n: regefing': 1n 8 Va° de n'Jksbiû'd^ge-