270 gewestgemeenten het mee eens zijn. Daar gaat men begin komend jaar mee starten. Haarlem zai een jaar werken met haar regeling, de vijf gewest- gemeenten met de gewestelijke regeling, omdat begin 1983 de eerste Noron- woningen ter beschikking komen en dan moet in ieder geval geprobeerd wor- den ée'n uniforme regeiing te treffen. Onze eigen regeling is klaar, het col- lege wacht alleen even - dat kan iedere dag binnenkomen - op de nieuwste circulaire omtrent de woningtoewijzing van de woningbeschikking van de staatssecretaris om te kijken of daar nog wat aan moet worden toegevoegd. Het college steit zich voor begin januari in de commissievergadering ruim- telijke ordening deze regeling te bespreken, opdat deze zo snel mogeiijk d°°r de raad kan worden vastgesteid en ingevuld. Spreker heeft al aangege- ven dat hij het een goede gedachte vond om dan de burgers met deze regeling bekend te maken. Haarlemmermeer heeft een foldervoor huisvestinnzoekenden waar de regeling op een manier uiteen gezet is waarvan men meent'dat het voor ledereen te begrijpen is. Het college steit zich voor ook een derge- lijke folder te maken, die dan ook begin januari besproken kan worden, waarbij dan misschien ook nog een paar puntjes oud zeer die er nog liggen meegenomen kunnen worden. Wethouder Reeringh merkt op dat de heer Van Amerongen erop heeft gewezen dat de werktijden naar zijn mening zouden dienen te worden aangehangen aan de benadering van de funktiewaardering. Het college heeft daar begrip voor getoond. Spreker stelt het op prijs dat de heer Van Amerongen in zijn be- toog hierover een voorzichtig uitgangspunt kiest, zij het dat daar natuür- lijk een duidelijke wens in doorklinkt. Wat dat betreft heeft het college in de memorie van antwoord bij de desbetreffende vraag een zelfde voor- zichtige benadering gekozen. Kennelijk is er overeenstemming over dat zeker în dit stadium, deze materie, die natuurlijk bijzonder gevoelig ligt, zorc- vuldig dient te worden benaderd en opgezet. De heer Van Amerongen heêft gesteld niet ongezien "ja" te kunnen zeggen tegen de wijziging in het vak- onderwijs lichamelijke opvoeding. Spreker acht dat begrijpelijk. Komenae week zal het college een voorstel terzake worden aangebodén. Als dat het college ook passeert, dan neemt hij aan dat het in december al in de com- missie onderwijs kan komen, waarna net in de raad gebracht kan worden. De verschillende sprekers hebben gewezen op de bevredigende resultaten op het stuk van de scholenbouw. Spreker is het daarmee eens. Ondanks de finan- ciële tegenwinden zijn wij er tocn in geslaagd door middel van een goed afgewogen beieid en door ook goed overleg te plegen met alle betrokken in- stanties, zowel binnen de eigen kring als met het bijzonder onderwijs, met deinspektie en verder ook ten departemente waar een'paar keer voor belang- rijke beslissingen het groene licht gegeven moest worden, om zowel in het" openbaar als in het bijzonder onderwijs daar waar nog iets moest gebeuren op het stuk van nieuwbouw of renovatie of vernieuwboûw datgene te doen wat in feite nog gedaan moest worden of de beslissing daaromtrent te nemen. In antwoord op vrageri naar de onderwijsnota deel tvree, antwoordt spreker dat de integratie daarin het onderwerp is. Het is enerzijds een kwestïe van zuivere deskundigheid die men in die nota moet gaan neerleggen, aan de andere kant moet mer. natuurlijk oppassen dat het niet onbegri jpei i jk wordt. Hij wijst in dit verband op de kritiek die in één van de buurgemeenten on- langs heeft geklonken. Het is moeilijk om daartussen het juiste midden te kunnen houden en spreker is benieuwd - het zal nu inderdaad niet zc- larg meer duren - v;at er uiteindelijk van het gepresenteerde terechtkomt en hoe dat overkomt. De heer Arnoldy heeft gev/ezen op de bevredigende situatie dat bij de sportstichting eenzelfde orde van grootte in het tekort voor 1982 kan worden gekonstateerd als ten opzichte van de raming 1981. Dat is juist. Het is natuurlijk toch nog een enorm bedrag, maar reiatief is het 26 november 1981

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1981 | | pagina 33