\}f m
27 november 1981
134
UITTREKSEL INHOUDENDE DE BELEIDSINTENTIES VOOR
DE BESTUURSPERIODE SEPTEMBER 1978 TOT SEPTEMBER 1982
Bestuurlijke aangelegenheden.
1. Uitgaande van de participatiegedachte, zal in de komende raadsperio-
de ervaring worden opgedaan met het opnemen van niet-raadsleden in,
in beginsel alle, raadscommissies. Binnen deze participatiegedachte
speelt de deskundigheid van de betreffende leden een belangrijke rol
De praktische uitvoerbaarheid zal van commissie tot commissie worden
bezien.
2. Als eerste nieuwe commissie zal de raadscommissie onderwijs worden
uitgebreid met vertegenwoordigers van de bij het onderwijs betrok-
kenen, teneinde een breder kader te creëren voor de adviseririg over
het gemeentelijk onderwijsbeleid. Dit mede om het mogelijk te maken
dat deze uitgebreide commissie advies uitbrengt over de komende on-
derwijsnota.
3. De funktie van ambtenaar bestuurskontakten/voorlichting is een staf-
funktie. De te benoemen ambtenaar zal daarom binnen het gemeentelijk
apparaat een zelfstandige en onafhankelijke positie moeten bekleden.
Een jaar na zijn indiensttreding wordt een nota over de toekomstige
aanpak op zijn werkterrein uitgebracht.
4. Vooruitlopend op de keuze van in 1979 uit te voeren projekten, zul-
len de navolgende projekten vöôr 1 januari 1979 worden gerealiseerd:
-"Het opstellen van een regtement spreekrecht publieke tribune voor
openbare commi ssie-vergaderi ngen"
-"liet ter inzage leggen voor publiek en pers van in beginsel alle
stukken, die ook voor de leden van de raad ter inzage liggen.ten
behoeve van de openbare vergaderingen van de raad en de raadscom-
missies".
5. Alvorens wordt gekomen tot een regeling voor de inspraak, wordt in
het voorjaar van 1979 een uitgangspuntennota uitgebracht. Daarin
wordt ter diskussie gesteld, welke voorwaarden moeten worden gescha-
pen om tot werkelijke inspraak te komen voor de verschillende terrei-
nen van overheidszorg. De bevolking en/of delen daarvan zullen in de
gelegenheid worden gesteld kommentaar op de cöncept-nota te leveren.
Eerst na de behandeling van deze nota in de raad wordt overgegaan tot
het formuleren van één of meer inspraakregelingen.
6. Als voorzitter van de raadscommissie voor de beroepschriften zal een
onafhankelijke jurist worden benoemd. De hier bedoelde voorzitter
lijkt stemrecht te moeten krijgen. Overigens dient zijn positie nader
in de verordening te worden geregeld.
Beleidsplanning.
7. De integrale beleidsplanningwaartoe in de afgelopen raadsperiode
een aanzet werd gegeven, zal verder worden ontwikkeld.
8. De in mei 1978 door de raad vastgestelde prioriteiten tussen de pro-
jekten blijven gehandhaafd als uitgangspunt voor het opstellen van
de ontwerp-begroting 1979. .55.
Bijlage I.
2e afd.