4e afd. 29 april 1982 53 niet toegestaan en d.m.v. voorzieningen tevens niet mogelijk maken; - de verkeersstruktuur voor autowegen wordt afgestemd op de behoefte die volgt uit de beslissingen over de parkeerbehoefte en op de bereik- baarheid van het restaurant. Het gemotoriseerd doorgaand verkeer dient te worden tegengegaan, b.v. door het maken van "kopstations" bij de parkeerplaatsen en/of door éénrichtingsverkeer; - bij het inrichten van het wandelbos wordt het hoofdaccent geiegd op de mogelijkheden voor wandeiaars en fietsers; in eerste instantie is ons college voor het geheel hondenvrij maken van een nader te bepalen deel van het bos; wij zijn tegen het aanieggen van een ruiterpad. Vervolgens steiden wij na ingewonnen advies van de Houtvester bij het Staatsbosbeheer een globaal model vast ten aanzien van het bosbeheer en de recreatieve inrichting. Hierover werden de twee reecis genoemde commissies en de verkeerscommissie gehoord, waarna publikatie plaats vond en gelegenheid werd gegeven tot het inbrengen van bezvaren. Op 9 april 1980 vond een hoorzitting plaats, tijdens welke de ingedien de reakties konden worden toegelicht en waarbij nadere informatie werd gegeven. In augustus 1980 is aan een werkgroep onder voorzitterschap van wethou der Reeringh opdracht gegeven een concept-beheersplan op te stellen; deze werkgroep heeft in oktober 1981 een rapport uitgebracht. Wij konden met dit rapport instemmen. Aan degenen die een reaktie had- den ingediend met betrekking tot het hiervoor bedoelde globale model werden de hoofdzaken van het concept-beheersplan schriftelijk meege- deeid, terwijl het concept ter inzage werd gelegd. Op 16 februari j.l. werd het stuk behandeld in een openbare vergadering van de raadscommis sie voor de recreatie, welke inrniddels als projekt-commissie was aange wezen. Na bespreking van het advies van deze commissie door de werk- groep hebben wij het concept-beheersplan vastgesteld. Enkele oriderdelen van het concept-plan welke betrekking hebben op de planning van het beheer, geven wij hieronder weer. Verhouding naaldbos-loofbos. Momenteel is in Groenendaal 9,60 ha naaldbos en 49,00 ha loofbos aanwezig dus in de verhouding 1:5. Meestal komt de bosopstand voor als naaldhout resp. loofhout, gemengd met de ar.dere boomsoort. Slechts in enkele gevailen komt het voor als mono-

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1982 | | pagina 98